Home > Siemens > Fridge freezer > Siemens Kg 39sv10 Operating Instructions

Siemens Kg 39sv10 Operating Instructions

    Download as PDF Print this page Share this page

    Have a look at the manual Siemens Kg 39sv10 Operating Instructions online for free. It’s possible to download the document as PDF or print. UserManuals.tech offer 428 Siemens manuals and user’s guides for free. Share the user manual or guide on Facebook, Twitter or Google+.

    							111
    nl
    Beluchting
    Afb. E
    De lucht aan de achterzijde van het
    apparaat wordt warm. De verwarmde
    lucht moet ongehinderd afgevoerd
    kunnen worden. Anders moet de
    koelmachine meer presteren waardoor
    het energieverbruik toeneemt. 
    De be- en ontluchtingsopeningen mogen
    dan ook nooit worden afgedekt!
    Netto-inhoud
    De gegevens over de netto-inhoud vindt
    u op het typeplaatje in uw apparaat.
    Apparaat aansluiten
    Na het opstellen van het apparaat dient
    men minstens 1/2uur wachten voordat
    u het apparaat in gebruik neemt. Tijdens
    het transport kan het gebeuren dat de
    olie van de compressor in het
    koelsysteem terecht komt.
    Voordat u het apparaat voor het eerst
    in gebruik neemt de binnenkant van
    het apparaat schoonmaken
    (zie Schoonmaken).
    Het stopcontact moet gemakkelijk te
    bereiken zijn. Het apparaat uitsluitend
    via een volgens de voorschriften aange-
    bracht, randgeaard stopcontact met
    een zekering van 10 ampère of meer,
    op 220–240 V/50 Hz wisselstroom aan-
    sluiten.
    Bij apparaten die in niet Europese
    landen worden gebruikt op het
    typeplaatje controleren of de aan-
    sluitspanning en de stroomsoort
    overeenkomen met de waarden van
    uw elektriciteitsnet. Het typeplaatje
    bevindt zich links onderaan in het
    apparaat. 
    Een eventueel noodzakelijke
    vervanging van de aansluitkabel mag
    alleen door een vakkundig monteur
    worden uitgevoerd.
    Waarschuwing!
    Het apparaat mag nooit worden aan-
    gesloten op elektronische energiebe-
    sparende stekkers (bijv. Ecoboy; Sava
    Plug) of op omvormers die
    gelijkstroom omzetten in 230 V
    wisselstroom (bijv. installaties voor
    zonneënergie of netwerken voor
    schepen).
    Inschakelen van het
    apparaat
    Afb. W
    De koel- en diepvriesruimte kunnen
    apart worden ingeschakeld.
    • Voor het in gebruik nemen van de
    koelruimte: de  toets Aan/Uit (1)
    indrukken.
    De binnenverlichting in de koelruimte
    brandt bij het openen van de deur.
    • Voor het in gebruik nemen van de
    diepvriesruimte: de  toets Aan/Uit
    (7) indrukken.
    • De alarmindicatie (afb. W/5)brandt tot
    de bedrijfstemperatuur is bereikt.
    Instellen van de
    temperatuur
    Afb. W
    In de fabriek zijn de volgende
    basisinstellingen ingesteld: 
    temperatuur in de koelruimte +4 ºC
    temperatuur in de diepvriesruimte–18 ºC
    9000141319-141429.qxd  06/02/06  7:32  Page 111
     
    						
    							112
    nl
    De instelwaarden kunnen gewijzigd
    worden, zie de beschrijving bij het
    bedieningspaneel:
    2temperatuur voor de koelruimte
    instellen
    4temperatuur voor de diepvriesruimte
    instellen
    Aanwijzingen bij het
    gebruik
    • De ventilator (afb. Q/18) in de
    koelruimte wordt, indien nodig, in- of
    uitgeschakeld.
    • De voorzijde van het apparaat achter
    de deur wordt gedeeltelijk licht
    verwarmd waardoor de vorming van
    condenswater in de buurt van de
    deurafdichting wordt voorkomen.
    • Terwijl de koelmachine loopt, vormen
    zich dooiwaterdruppels of een laagje
    rijp op de achterwand van de
    koelruimte. Dit is normaal. U hoeft de
    dooiwaterdruppels niet af te wissen of
    de rijp af te schrapen. De achterwand
    wordt automatisch ontdooid. Het
    dooiwater loopt via het afvoergootje
    (afb. I/A)naar de koelmachine, waar
    het verdampt.
    • Bij een hoge luchtvochtigheid kan zich
    condenswater vormen in de koelruimte,
    vooral op glazen legplateaus. Als dit
    het geval is, dient u de levensmiddelen
    verpakt te bewaren en een lagere
    koelruimtetemperatuur te kiezen.
    • Als de deur van de diepvriesruimte na
    het sluiten niet meteen weer geopend
    kan worden: twee tot drie minuten
    wachten tot de ontstane onderdruk is
    opgeheven.
    • Door het koelsysteem kan zich op de
    vriesroosters op sommige plaatsen al
    snel een laagje rijp afzetten. Dit heeft
    geen invloed op het functioneren van
    het apparaat of op het stroomverbruik.
    Ontdooien is pas nodig als zich op het
    hele oppervlak van het vriesrooster
    een laag rijp of ijs met een dikte van
    meer dan 5 mm heeft gevormd.
    • Zorg dat de kunststof delen in het
    apparaat of de deurafdichting niet met
    olie of vet in aanraking kome. Ze
    kunnen poreus worden.
    • Geen levensmiddelen plaatsen in de
    nabijheid van de sensor van de
    koelruimte (fig. Q/19); op deze wijze
    wordt een optimale werking van uw
    apparaat bereikt.
    Apparaat
    uitschakelen en
    buiten werking stellen
    Apparaat uitschakelen
    Afb. W
    De koel- en diepvriesruimte kunnen
    apart worden uitgeschakeld.
    • Om de koelruimte uit te schakelen: 
    toets Aan/Uit (1) indrukken.
    De binnenverlichting in de koelruimte
    gaat uit.
    • Om de diepvriesruimte uit te
    schakelen:  toets Aan/Uit (7)
    indrukken.
    9000141319-141429.qxd  06/02/06  7:32  Page 112
     
    						
    							113
    nl
    Apparaat buiten werking
    stellen
    Als het apparaat lange tijd niet wordt
    gebruikt:
    • Koel- en diepvriesruimte uitschakelen
    zoals hierboven beschreven.
    • Stekker uit het stopcontact trekken.
    • Het apparaat laten ontdooien en
    schoonmaken.
    • deur van het apparat open laten.
    Variabele indeling
    van de binnenruimte.
    Bij het inzetten de laden op de
    uittrekbare rails plaatsen en naar binnen
    schuiven. Glasplaat naar voren trekken,
    iets laten zakken en aan de zijkant
    uitzwenken 
    (afb. R). Voorraadvak iets optillen en
    eruit halen (afb. T).
    Speciale uitvoering
    (niet bij alle modellen)
    Flessenhouder
    Afb. Y
    De flessenhouder voorkomt dat de
    flessen kantelen bij het openen en
    sluiten van de deur.
    Levensmiddelen
    inruimen
    Let op de koudezones in
    de koelruimte!
    Door de luchtcirculatie in de koelruimte
    verschillende koudezones.
    •De koudste zones
    bevinden zich aan de achterwand tussen
    de aan de zijkant afgebeelde pijl en de
    glasplaat eronder (afb. !1) of tussen de
    twee pijlen (afb. !2), afhankelijk van het
    model.
    Attentie:
    in de koudste zones gevoelige
    levensmiddelen opslaan zoals vis, worst
    en vlees.
    •De warmste zone
    bevindt zich helemaal bovenaan in de
    deur. 
    Attentie! In de warmste zone bijv. boter
    en kaas bewaren. Tijdens het serveren
    behoudt de kaas zijn aroma en de boter
    blijft smeerbaar.
    Attentie bij het inruimen
    De levensmiddelen goed verpakt of
    afgedekt inruimen. Hierdoor blijven geur,
    kleur en versheid behouden. Bovendien
    wordt voorkomen dat de levensmiddelen
    naar elkaar gaan smaken en de
    kunststof onderdelen verkleuren.
    Levensmiddelen als volgt
    inruimen:
    •Op de legroosters/plateausin de
    koelruimte (van boven naar beneden):
    brood en gebak, klaargemaakte
    gerechten, zuivelproducten, vlees en
    worst.
    9000141319-141429.qxd  06/02/06  7:32  Page 113
     
    						
    							114
    nl
    •In de groentelade:groente, sla, fruit.
    • In de deur(van boven naar beneden):
    boter, kaas, eieren, tubes, kleine
    flesjes, grote flessen, melk, pakken
    vruchtensap.
    Levensmiddelen
    invriezen
    Invriescapaciteit: 
    Gegevens over de maximale
    invriescapaciteit volgens de actuele
    norm vindt u op het typeplaatje.
    De maximale capaciteit voor het
    diepvriezen van verse levensmiddelen
    in 24 uur (verdeeld over de diepvries
    roosters) vindt men op de plaat met
    de kenmerken (in kg/24uur),
    zie figuur !0.
    De levensmiddelen moeten zo snel
    mogelijk door en door worden
    ingevroren. De maximale
    invriescapaciteit niet overschrijden zodat
    vitamine, voedingswaarde, uiterlijk en
    smaak behouden blijven.
    Tijdens het invriezen in de
    diepvriesladen neemt de maximale
    invriescapaciteit iets af.
    Verse levensmiddelen
    invriezen
    Als er al levensmiddelen in de diepvries-
    ruimte liggen, dan moet een paar uur
    vóór het inladen van verse
    levensmiddelen het supervriessysteem
    worden ingeschakeld.
    Gebruik uitsluitend verse
    levensmiddelen. De levensmiddelen
    luchtdicht verpakken zodat ze niet
    uitdrogen of hun smaak verliezen.
    Zo verpakt u op de juiste
    manier:
    1. Levensmiddelen in de verpakking
    leggen.
    2. De lucht eruit persen.
    3. Het geheel van een goede sluiting
    voorzien.
    4. Vermeld op de pakjes inhoud en
    datum.
    Niet geschikt voor verpakking:
    pakpapier, vetvrij papier, cellofaan,
    vuilniszakken en gebruikte
    boodschappentasjes.
    Voor verpakking geschikt:
    kunststof-, polyetheen- en
    aluminiumfolie, diepvriesdozen. 
    Deze producten zijn in de handel
    verkrijgbaar.
    Als sluiting geschikt:
    elastiekjes, clips van kunststof, touwtjes,
    koudebestendig plakband e.d. 
    Zakjes en folie van polyetheen kunnen
    met een folie-lasapparaat worden
    dichtgelast. 
    Inkopen van
    diepvriesproducten
    De verpakking mag niet beschadigd zijn.
    Let op de houdbaarheidsdatum.
    In de winkel moet de temperatuur in
    de diepvrieskist –18 °C of lager zijn.
    De diepvriesproducten liefst in een
    koeltas transporteren en snel in de
    diepvriesruimte leggen.
    9000141319-141429.qxd  06/02/06  7:32  Page 114
     
    						
    							115
    nl
    Diepvrieswaren opslaan
    • Belangrijk voor een optimale
    luchtcirculatie in de diepvriesruimte:
    de diepvriesladen tot de aanslag erin
    schuiven.
    • Als er zeer veel levensmiddelen
    moeten worden ondergebracht, dan
    kan men alle diepvriesladen, behalve
    de onderste, uit het apparaat halen en
    de levensmiddelen direct op de
    vriesroosters stapelen. Om de
    diepvriesladen eruit te halen: de laden
    tot aan de aanslag uittrekken, aan de
    voorkant iets optillen en eruit halen.
    Bewaartijd
    Om vermindering van de kwaliteit van de
    diepvrieswaren te voorkomen mag de
    toelaatbare bewaartijd bij –18 ºC niet
    overschreden worden.
    De bewaartijd is afhankelijk van het soort
    levensmiddelen. Bij kant en klaar
    gekochte diepvriesproducten altijd letten
    op de op de verpakking aangegeven
    invriesdatum of de houdbaarheidsdatum.
    vis, worst, 
    klaargemaakte 
    gerechten, brood 
    en bankettot 6 maanden;
    kaas, gevogelte, 
    vleestot 8 maanden;
    groente en fruittot 12 maanden.
    IJsblokjes maken
    Attentie!
    Geen elektrische ijsmachine in de
    diepvriesruimte gebruiken.
    IJsblokjes maken
    (niet bij alle modellen)
    IJsbakjes zijn in de winkel verkrijgbaar.
    Het ijsbakje voor 3/4met water vullen en
    in de diepvriesruimte zetten. Om het
    vriesproces te versnellen de bovenste
    diepvrieslade gebruiken.
    Om de ijsblokjes los te maken: het
    ijsbakje iets verbuigen of kort onder
    stromend water houden (Afb. U). 
    Opdat uw ijsblokjes sneller klaar zijn,
    moet u de ijsbakjes in de eerste lade
    plaatsen (afb. Q/17)
    Ontdooien van de
    diepvriesruimte
    Kans op een elektrische schok
    Geen stoomreiniger gebruiken. Door de
    hete stoom kunnen de onder spanning
    staande onderdelen kortsluiting of een
    elektrische schok veroorzaken.
    Voor het verwijderen van rijp geen mes
    of scherp voorwerp gebruiken.
    De leidingen van het koelcircuit niet
    beschadigen. 
    Koelmiddel dat naar buiten spuit, kan tot
    oogletsel leiden en is brandbaar.
    Geen elektrische apparaten of open vuur
    in het apparaat gebruiken.
    9000141319-141429.qxd  06/02/06  7:32  Page 115
     
    						
    							116
    nl
    Attentie!
    Een dikke laag ijs op de vriesroosters
    vermindert de vriescapaciteit van het
    apparaat waardoor het energieverbruik
    toeneemt.
    Is de laag ijs ca. 1/2cm dik, dan moet de
    diepvriesruimte ontdooid worden. In elk
    geval één tot twee keer per jaar, het
    liefst als er weinig of geen
    diepvrieswaren in het apparaat liggen. 
    Ca. 4 uur vóór het ontdooien het super-
    vriessysteem inschakelen zodat de
    levensmiddelen een zeer lage tempera-
    tuur bereiken waardoor ze langere tijd bij
    omgevingstemperatuur bewaard kunnen
    worden.
    Zo gaat u te werk
    • Stekker uit het stopcontact trekken.
    • Diepvriesladen met de levensmiddelen
    op een koele plaats bewaren. Koude-
    accu (indien aanwezig) op de
    levenmiddelen leggen.
    • Om het dooiwater op te vangen de
    middelste lade uitruimen maar in het
    apparaat laten.
    • Na het ontdooien het opgevangen
    dooiwater weggieten. Het resterende
    dooiwater op de bodem van de
    diepvriesruimte met een spons
    afwissen.
    • Diepvriesruimte weer inschakelen.
    • Diepvrieswaren er weer in leggen.
    Tip bij het ontdooien
    Een pan met heet water op een
    onderzetter in de diepvriesruimte zetten.
    Ontdooisprays
    Let op de aanwijzingen van de fabrikant
    op de verpakking.
    Attentie!
    Ontdooisprays kunnen explosieve
    gassen ontwikkelen, oplosmiddelen die
    kunststof beschadigen of drijfgassen
    bevatten of schadelijk zijn voor de
    gezondheid.
    Apparaat reinigen
    • Stekker uit het stopcontact trekken.
    • Met water en een scheutje
    afwasmiddel schoonmaken.
    • Na het schoonmaken de stekker weer
    in het stopcontact steken of de
    zekering inschakelen resp.
    vastdraaien.
    Geen schoonmaakmiddelen gebruiken
    die zand of zuren resp. oplosmiddelen
    bevatten.
    Deurdichting uitsluitend reinigen met
    schoon water en goed afdrogen!
    Het sop mag niet in het
    bedieningspaneel of in de verlichting
    terechtkomen en ook niet door het
    afvoergaatje (afb. I/B)van het
    dooiwatergootje lopen.
    De legroosters/plateaus,
    voorraadvakken en laden mogen niet in
    de afwasautomaat gereinigd worden. Ze
    kunnen vervormen.
    9000141319-141429.qxd  06/02/06  7:32  Page 116
     
    						
    							117
    nl
    Energie besparen
    • Het apparaat in een droge, goed te
    ventileren ruimte plaatsen. Niet direct
    in de zon of in de buurt van een
    warmtebron (verwarmingsradiator,
    fornuis etc.). Anders een isolerende
    plaat gebruiken.
    • Warme gerechten en dranken buiten
    het apparaat laten afkoelen.
    • De diepvrieswaren om te ontdooien in
    de koelkast leggen. De koude van de
    diepvrieswaren benutten om
    levensmiddelen te koelen.
    • Deur van het apparaat zo kort mogelijk
    openen.
    • De achterkant van het apparaat af en
    toe met met een stofzuiger of borstel
    reinigen om toename van het
    energieverbruik te voorkomen.
    Bedrijfsgeluiden
    Heel normale geluiden
    Gebrom– de koelmachine loopt
    Geborrel, gebruisof geklok– het
    koelmiddel stroomt door de leidingen.
    Geklik– de motor wordt in- of
    uitgeschakeld.
    Geluiden die gemakkelijk
    verholpen kunnen
    worden
    Het apparaat staat niet waterpas
    Het apparaat met behulp van een
    waterpas stellen. Gebruik hiervoor de
    schroefvoetjes of leg iets onder het
    apparaat.
    Het apparaat staat tegen een ander
    meubel of apparaat
    Het apparaat van het meubel of
    apparaat ernaast wegschuiven.
    Laden, manden of legroosters/-
    plateaus wiebelen of klemmen
    Controleer de delen die eruit gehaald
    kunnen worden en zet ze eventueel
    opnieuw in het apparaat.
    Flessen of serviesgoed raken elkaar
    De flessen of het serviesgoed los van
    elkaar zetten.
    9000141319-141429.qxd  06/02/06  7:32  Page 117
     
    						
    							118
    nl
    Kleine storingen zelf verhelpen
    Voordat u de klantenservice belt:
    Controleer eerst of u aan de hand van de volgende punten de storing kunt verhelpen. 
    Als u om een monteur vraagt, en het blijkt dat hij alleen maar een advies (bijv. over de
    bediening of het onderhoud van het apparaat) hoeft te geven om de storing te verhelpen,
    dan moet u, ook in de garantietijd, de volledige kosten van dat bezoek betalen.
    Storing
    Geen enkele
    indicatie brandt
    De indicatie 
    „ “ brandt 
    (afb. W/5).
    De binnenverlichting
    functioneert niet; de
    koelmachine loopt.
    De bodem van de
    koelruimte is nat.
    Mogelijke oorzaak
    Stroomuitval; de zekering is
    uitgeschakeld; de stekker zit
    niet goed in het stopcontact.
    Storing – in de diepvriesruimte
    is het te warm!
    • De be- en ontluchtings-
    openingen zijn afgedekt.
    • Er werden te veel levensmid-
    delen in één keer ingeladen
    om in te vriezen.
    • De deur van de diepvries-
    ruimte is open.
    Na het verhelpen van de
    storing gaat na een tijdje de
    alarmindicatie uit.
    Het lampje is kapot.
    De lichtschakelaar klemt
    (afbO.1/A) / (afbO.2/A).
    De dooiwaterafvoerbuis
    (afb.I/B)is verstopt.
    Oplossing
    Controleer of er stroom is. De zekering moet zijn
    ingeschakeld.
    Afdekking verwijderen. 
    Max. invriescapacitiet niet overschrijden.
    Deur sluiten. 
    Gloeilampje vervangen (afb. O)
    1. Stekker uit het stopcontact trekken resp.
    zekering uitschakelen of losdraaien.
    2. Schijfje (C) aan de binnenverlichtingtegen
    de wijzers van de klok in draaien en de
    afdekking (B) eraf halen.
    3. Gloeilampje vervangen (220–240 V wissel-
    stroom, fitting E14, voor wattage zie het
    kapotte lampje.
    Controleer of er beweging in zit.
    Dooiwatergootje en afvoergaatje (afb.I/B)
    schoonmaken.
    9000141319-141429.qxd  06/02/06  7:32  Page 118
     
    						
    							119
    nl
    Inschakelen van de
    Servicedienst
    Adres en telefoonnummer van de
    Servicedienst in uw omgeving kunt
    u vinden in het telefoonboek of in de
    meegeleverde brochure met service-
    adressen. Geef a.u.b. aan de
    Servicedienst het E-nummer en het
    FD-nummer van het apparaat op.
    U vindt deze gegevens op het
    typeplaatje (afb. !0). 
    Door deze nummers aan de
    Servicedienst door te te geven voorkomt
    u onnodig heen en weer rijden van de
    monteur en de hieraan verbonden
    kosten.
    9000141319-141429.qxd  06/02/06  7:32  Page 119
     
    						
    All Siemens manuals Comments (0)

    Related Manuals for Siemens Kg 39sv10 Operating Instructions