Miele G 1384 Scvi Dutch Version Manual
Have a look at the manual Miele G 1384 Scvi Dutch Version Manual online for free. It’s possible to download the document as PDF or print. UserManuals.tech offer 171 Miele manuals and user’s guides for free. Share the user manual or guide on Facebook, Twitter or Google+.
Controlelampje voor het zout ^Vul na afloop van een programma zout bij wanneer het controlelampje Zout brandt. Het is mogelijk dat het controlelampje nog korte tijd blijft branden, nadat u zout hebt bijgevuld. Het lampje gaat uit, zodra zich een zoutconcentratie heeft gevormd die hoog genoeg is. Bovengenoemd controlelampje gaat niet branden, wanneer er een water - hardheid onder de 4 °d (= 0,7 mmol/l) is geprogrammeerd. ,Start direct na het doseren van regenereerzout het programma Snel zonder vaatwerk en zonder Turbo - functie, zodat eventueel gemorste zoutresten kunnen worden verdund en daarna weggepompt. Wanneer u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt 20
Naspoelmiddel Naspoelmiddel is nodig om ervoor te zorgen dat het water tijdens het drogen als een film van het vaatwerk afloopt en het vaatwerk na het spoelen droogt zonder dat het vlekken gaat vertonen. Het naspoelmiddel wordt in het reser- voir voor naspoelmiddel gedoseerd en bij het naspoelen in de ingestelde hoe - veelheid automatisch toegevoegd. ,Doseer alleen naspoelmiddel voor huishoudafwasautomaten in het naspoelmiddelreservoir. Doseer in geen geval reinigingsmid- delen voor afwasautomaten of reini- gingsmiddelen voor de handafwas in het naspoelmiddelreservoir, want dan gaat het reservoir kapot. Gebruikt u uitsluitend combi-tabs, dan hoeft u geen naspoelmiddel te doseren. Het doseren van naspoelmid - del ^ Open het klepje van het naspoelmid- delreservoir door op het knopje te drukken in de richting van de pijl. Wanneer u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt 21
^Doseer zoveel naspoelmiddel totdat het in het zeefje in de vulopening zichtbaar is. In het naspoelmiddelreservoir kan ca. 110 ml. ^ Sluit het klepje en wel zo dat het dui- delijk vastklikt. Is het klepje niet goed gesloten dan kan er tijdens het spoelen water in het naspoelmiddelreservoir lopen. ^ Veeg eventueel gemorst naspoelmid - del goed weg om bij de volgende af - wasbeurt sterke schuimvorming te voorkomen. Controlelampje voor het na - spoelmiddel Wanneer het controlelampje Naspoel - middel in het bedieningspaneel gaat branden zit er nog een reserve in voor 2 - 3 afwasbeurten. ^ Vul op tijd naspoelmiddel bij. Is de Combi-Tab - functie gekozen, dan gaat het controlelampje voor het naspoelmiddel niet branden. Zie hoofdstuk: Bediening, para - graaf: Extra functies. Wanneer u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt 22
Het instellen van de dosering van het naspoelmiddel De dosering van het naspoelmiddel is instelbaar in hoeveelheden van ca. 0-6 ml. Vanuit de fabriek is een hoeveelheid van ca. 3 ml naspoelmiddel ingesteld. Deze hoeveelheid wordt geadviseerd. Voor een optimaal reinigingsresultaat kunt u de dosering aanpassen. De gedoseerde hoeveelheid naspoel- middel kan door de automatische aan - passing in het programma Automatic groter uitvallen dan de ingestelde dose- ring. Vertoont het vaatwerk vlekken: ^ kies dan een hogere stand. Vertoont het vaatwerk strepen of slui- ers: ^ kies dan een lagere stand. ^ Schakel de afwasautomaat met de - toets uit. ^ Druk op de programmatoets, blijf erop drukken en schakel tegelijkde afwasautomaat met de - toets in. Blijf daarbij minstens 4 seconden op de programmatoets drukken, totdat het controlelampje van het program - ma rechts onder gaat branden. Is dat niet het geval, begin dan van vo - ren af aan. ^ Druk 3x op de Turbo / Combi-Tab - toets. Het controlelampje Combi-Tab knip - pert 3x kort achter elkaar. In de tijdsaanduiding knipperen pen 3 afwisselend. Dat betekent dat er vanuit de fabriek een hoeveelheid naspoelmiddel is inge - steld van 3 ml. De ingestelde hoeveelheid naspoelmid - del is te zien aan de cijfers die achter de p in de tijdsaanduiding aan het knipperen zijn. ^ Kies met de programmatoets de waarde die hoort bij de hoeveelheid te doseren naspoelmiddel. Bij iedere druk op de toets krijgt men een grotere hoeveelheid. De geprogrammeerde hoeveelheid te doseren naspoelmiddel is direct opge- slagen. ^ Schakel de afwasautomaat met de - toets uit. Wanneer u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt 23
Waar u bij het inruimen van serviesgoed en bestek op moet letten ^Verwijder de ergste etensresten van het vaatwerk. Het is niet nodig om het vaatwerk van te voren onder stromend water af te spoelen! ,Was vaatwerk met as, zand, was, smeervet of verf niet in de af - wasautomaat. Deze stoffen beschadigen de afwas - automaat. U kunt ieder stuk servies in principe overal in de rekken inruimen. Neem daar echter de volgende tips bij in acht. ^ Plaats serviesgoed en bestek zo dat het niet tegen of op elkaar ligt. ^ Plaats het serviesgoed om het goed schoon te krijgen zo in de rekken, dat het water er aan alle kanten bij kan. ^ Plaats al het serviesgoed zo, dat het stevig staat. ^ Plaats hol serviesgoed zoals kopjes, glazen en kommen met de openin - gen naar beneden in de rekken. ^ Plaats hoog, smal, hol serviesgoed niet in de hoeken van de rekken, maar zoveel mogelijk in het midden ervan. Het water kan er dan beter bij. ^ Plaats servies met een diepe bodem zoveel mogelijk schuin in het rek, zo - dat het water eraf kan lopen. ^ Let erop dat de sproeiarmen niet door te hoog of door de rekken heenstekend vaatwerk worden ge - blokkeerd. U kunt dit controleren door de sproeiarmen een keer met de hand rond te draaien. ^ Let erop dat kleine stukken servies - goed niet door de spijlen van de rek - ken vallen. Leg dit soort servies zoals deksel- tjes daarom in de besteklade of de bestekkorf. Levensmiddelen zoals wortels, to - maten of ketchup kunnen natuurlijke kleurstoffen bevatten. Door deze stoffen kunnen kunststof vaatwerk en kunststof onderdelen ervan verkleuren, wanneer zij in rui- me mate met het vaatwerk in de au- tomaat terechtkomen. Deze verkleuring heeft echter geen invloed op de stabiliteit van kunst- stof vaatwerk. Het inruimen van serviesgoed en bestek 24
Serviesgoed en bestek die niet geschikt zijn voor de afwas- automaat – Serviesgoed en bestek die óf hele - maal óf voor een deel uit hout be - staan drogen uit en worden lelijk. Bovendien houdt de lijm niet in de af - wasautomaat. Het gevolg daarvan is dat houten grepen los kunnen raken. – Kunstvoorwerpen, antieke vazen of glazen met decoraties zijn niet be - stand tegen de afwasautomaat. – Voorwerpen van niet hittebestendig kunststof kunnen vervormen. – Voorwerpen van koper, messing, tin en aluminium kunnen verkleuren of dof worden. – Kleurdecoraties op het glazuur kun- nen na vele afwasbeurten verbleken. – Teer glaswerk en kristallen voor- werpen kunnen na een tijd dof wor- den. Wij raden u aan: – Koop serviesgoed van materiaal dat geschikt is om in een afwasautomaat te worden afgewassen en bestek met de aanduiding: Geschikt voor de afwasmachine. – Gebruik voor teer glaswerk program - mas met lage temperaturen of, af - hankelijk van het model, program - mas met #Care. Zie hoofdstuk: Programma-over - zicht. De kans dat het glaswerk dof wordt is dan kleiner. Let verder op het volgende: Zilver dat met zilverpoets is behandeld kan na afloop van het afwasprogramma nog vochtig zijn doordat het water er niet als een film afloopt. Het zilver moet dan met een doek worden afgedroogd. Daarentegen is zilver dat in zilverpoets is ondergedompeld in de regel wel droog. Het zilver kan echter beslaan. Zilver kan verkleuren wanneer het in aanraking komt met levensmiddelen die zwavel bevatten, bijv. eigeel, uien, mayonaise, mosterd, peulvruchten, vis, pekelsaus van vis en marinades. ,Aluminium serviesgoed zoals vetfilters mag niet worden afgewas- sen met bijtende alkalische reini- gingsmiddelen die in bedrijfsafwas- automaten of industriereinigers wor- den gebruikt. Gebeurt dat wel dan kan er materië- le schade ontstaan. In het ergste ge- val bestaat het gevaar dat er hevige chemische reacties optreden die tot een explosie kunnen leiden (bijv. een knalgasreactie). Het inruimen van serviesgoed en bestek 25
Bovenrek ,Gebruik de afwasautomaat om veiligheidsredenen niet zonder boven- en onderrek. ^ Plaats in het bovenrek klein, licht en teer serviesgoed zoals glazen, kop- jes, schoteltjes en dessertschaaltjes. U kunt er ook een plat pannetje in plaatsen. ^ Leg erg lang bestek zoals soeple - pels, pollepels en lange messen dwars aan de voorkant van het bo - venrek. Kopjesrek ^ Klap het kopjesrek omhoog om hoog servies goed te kunnen inruimen. Steunbeugel (afhankelijk van het model) Glazen staan steviger wanneer u ze te - gen de steunbeugel aanzet. ^ Klap de steunbeugel omhoog en zet de glazen ertegenaan. De beugel kunt u omklappen naar het midden van het rek. Dat maakt het in - ruimen en uitruimen van serviesgoed makkelijker. Het inruimen van serviesgoed en bestek 26
Glazenbeugel(afhankelijk van het model) Hoge glazen en glazen met een lange steel staan steviger wanneer u ze tegen de glazenbeugel aanzet. ^ Klap de beugel omlaag en zet de hoge glazen ertegenaan. Het inruimen van serviesgoed en bestek 27
Het verstellen van het bovenrek Om in het boven- of onderrek meer plaats te krijgen voor hoger servies- goed kunt u het bovenrek in hoogte verstellen. U kunt kiezen tussen 3 stan - den met een verschil van telkens ca. 2 cm. Wanneer water in holle gedeelten blijft liggen, kunt u het bovenrek beter schuin plaatsen, nl. met één kant hoog en met één kant laag. Het water stroomt dan gemakkelijker weg. Let er echter op dat u het rek zonder pro - blemen in de spoelruimte kan schuiven. ^ Trek het bovenrek naar buiten. Om het bovenrek naar boven te verstel - len, moet u: ^ het rek naar boven trekken, totdat het vastklikt. Om het bovenrek naar beneden te ver - stellen, moet u: ^ de hendels aan de zijkanten van het bovenrek naar boven trekken, ^ het bovenrek in de gewenste positie zetten ^ en de hendels weer vast laten klikken. Afhankelijk van de stand van het bo - venrek kunt u bijv. borden met de vol - gende doorsneden in de rekken plaat - sen. Afwasautomaat met besteklade (Model zie typeplaatje) Stand van het bovenrek Bord-Ø in cm Bovenrek Onderrek G1XXX G2XXX Boven 15 19 31 Midden 17 21 29 Onder 19 23 27 Afwasautomaat met bestekkorf (Model zie typeplaatje) Stand van het bovenrek Bord-Ø in cm Bovenrek Onderrek G1XXX G2XXX Boven 20 24 31 Midden 22 26 29 Onder 24 28 27 Het inruimen van serviesgoed en bestek 28
Onderrek ^Plaats in het onderrek groot en zwaar serviesgoed zoals borden, platte schotels, pannen en schalen. U kunt ook schoteltjes, ontbijt- en dessertbordjes in het onderrek zet - ten. Afwasautomaat met besteklade Afwasautomaat met bestekkorf Omklapbare spijlen Tussen de spijlen kunt u schoteltjes, borden en platte schotels plaatsen. De spijlen aan de achterkant kunt u om- klappen om meer ruimte te krijgen voor grote stukken serviesgoed, bijv. potten, pannen en schalen. ^ Druk de gele hendels naar beneden a zodat de rijen spijlen omklappen b. Het inruimen van serviesgoed en bestek 29