Honda Engines GCV135E, GCV160E Instructions Manual Danish Version
Have a look at the manual Honda Engines GCV135E, GCV160E Instructions Manual Danish Version online for free. It’s possible to download the document as PDF or print. UserManuals.tech offer 328 Honda manuals and user’s guides for free. Share the user manual or guide on Facebook, Twitter or Google+.
Inspecteren vliegwiel rem 3. (betreffende uitvoeringen) [UITVOERING MET BOVENDEKSEL] Verwijder het bovendeksel door de drie zelftappende schroeven (alleen bij uitvoering met bovendeksel) te verwijderen. Verwijder de spoelstarter door de drie 6 mm moeren te lossen. Verwijder de brandstoftank en let op dat de brandstofslang niet van de brandstoftank en brandstofklep wordt ontkoppeld. Houd de brandstoftank horizontaal. 1. 2. 3. 21 ELEMENT Het element meerdere malen tegen een hard oppervlak kloppen om overtollig vuil te verwijderen, of perslucht van binnen naar buiten door de filter blazen. Nooit proberen de filter af te borstelen, omdat anders het vuil in de vezels gedrukt wordt. Als het element te sterk vervuild is, dit vervangen. Plaats het element en de afdekking van het luchtfilter. 3. 4. 22 [ALLE UITVOERINGEN] BOVENDEKSEL ZELFTAPPENDE SCHROEVEN BRANDSTOFSLANGBRANDSTOFTAN K REPETEERSTARTER 6mmMOEREN
23 REMSCHOEN D DI IK KT TE ER RE EM MS SC CH HO OE EN N Controleer de dikte van de remschoen. Vervang door een nieuwe indien de schoen minder dan 3 mm dik is. Plaats de brandstoftank en spoelstarter en draai de drie 6 mm moeren goed vast. Breng het bovendeksel aan en zet de drie zelftappende schroeven (alleen bij uitvoering met bovendeksel) stevig vast. 4. 5. 6. 24 Onderhoud van de bougies Aanbevolen bougies: Wanneer de motor juist gedraaid heeft, is de uitlaatdemper zeer heet. Let erop de uitlaatdemper niet aan te raken. Nooit een bougie met de verkeerde warmtewaarde gebruiken. 4. BPR6ES (NGK) Omte garanderen dat de motor storingsvrij draait, moet de bougie korrekt afgesteld en vrij van aanslag zijn. Verwijder de bougiedop en verwijder de bougie met een bougiesleutel. 1.
µ µ 25 0,70 0,80 mm Kontroleer het uiterlijk van de bougie. De bougie weggooien, wanneer deze zichtbaar afgesleten of de isolator gescheurd of afgesplinterd is. Wanneer de bougies opnieuw gebruikt dienen te worden, reinig deze dan met een staalborstel. 0,70 0,80 mm Meet de elektrodenafstand met een voeler maat. Door de massaelektrode te buigen de afstand eventueel bijstellen. Elektrodeafstand: 2. 3. µ 26 De bougie moet goed aangedraaid worden. Een bougie, die niet goed aangedraaid is, kan zeer heet worden en schade aan de motor veroorza- ken.Overtuig U ervan, dat de dichtingsring in goede staat is, dan de bougie met de hand indraaien, om te vermijden dat de draad verkeerd ingeschroefd wordt. Wanneer een nieuwe bougie handvast is aangedraaid, moet deze 1/2 slag aangetrokken worden om de dichtingsring samen te drukken. Wanneer eenoude bougie nogmaals gebruikt wordt, deze nadat hij handvast zit 1/8 1/4 aantrekken om de dichtingsring samen te drukken.Nadat de bougie handvast zit, deze met een bougiesleutel aantrekken om de dichtingsring samen te drukken. 5. 4.
27 Reinigen van de vonkenvanger (optie) Bij het draaien van de motor wordt de uitlaat zeer heet. Daarom de uitlaat voor verdere werkzaamheden aan de motor laten afkoelen. De vonkenvanger moet om de 100 bedrijfsuren gereinigd worden om zijn doeltreffendheid niet te verliezen. 5. VONKENZANGERSCHROEF HITTESCHILD VAN UITLAATDEMPER 6mmBOUTENUITLAATDEMPER SCHROEF Verwijder de uitlaatdemperbeschermer door de drie 6 mm bouten los te halen. Verwijder de vonkenvanger uit de uitlaatdemper door de twee schroeven los te halen. (Zorg dat het metaalgaas niet beschadigd raakt.) Controleer op koolstofafzetting rond de uitlaatopening en vonkafleider en reinigindien nodig. 1. 2. 28 Let erop de zeef van de vonkenvanger niet te beschadigen. ZEEF VAN DE VONKENVANGER Met een borstel de koolstofaanslag van de vonkenvangerzeef verwijde- ren. De vonkenvanger en uitlaatdemper in omgekeerde volgorde terug aan- brengen. De vonkenvanger mag geen scheuren en gaten vertonen. Indien nodig, de- ze vervangen. 3. 4.
29 TRANSPORTOPSLAG Bij het transport van de motor de brandstofkraan op OFF zetten en de mo- torhorizontaal houden, om te vermijden dat de brandstof eruit loopt. Gemorste brandstof of brandstofdampen kunnen ontbranden. Benzine is uiterst brandbaar en onder bepaalde omstandigheden explosief. Waar met benzine gewerkt wordt niet roken en open vuur en vonken uit de buurt houden. AFTAPSTOPAAN BRANDSTOFKRAANU UI IT T Voordat u de motor voor langere tijd opbergt; Controleer of de bergruimte voldoende stof- en vochtvrij is. Tap de brandstoftank en de carburateur af in een geschikte opvangbak voor benzine. Draai de brandstofkraan in de UIT-stand. Verwijder de aftapbout in de carburateur en tap de carburateur af. Zet de brandstofkraan in de AAN-stand en laat de brandstof uit de tank in de opvangbak stromen. Zet de aftapbout in de carburateur weer vast, zodat de vlotterkamer en de ring niet kunnen vervormen, en draai dan de brandstofkraan in de UIT-stand. 1. 2. A. B. C. D. 30 Smeer corrosiegevoelige onderdelen licht in met olie. Dek de motor af en berg deze horizontaal op in een droge en stofvrije ruimte. Verversdemotorolie(blz. 19). Trek het startkoord langzaam aan totdat u weerstand voelt. Hiermee sluit udekleppen en beschermt u deze tegen stof en corrosie. 5. 3. 4.
31 STORINGEN ZOEKEN In geval dat brandstof gemorst wordt, ervoor zorgen dat de plek droog is, voordat de bougie nagezien of de motor gestart wordt. Gemorste brand- stof of brandstofdampen kunnen ontbranden. AFTAPSTOPAANU UI IT T BRANDSTOFKRAAN Als de motor niet wil starten: Isde brandstofkraan AAN? Is er brandstof in de tank aanwezig? Bereikt de benzine de carburateur? Draai om te controleren de aftapbout los met de brandstofkraan AAN. Als de motor nog altijd niet wil starten, breng deze dan naar een erkende Honda dealer. Staat de bedieningshendel in de juiste positie (blz. 11)? Staat de vliegwielremhendel in de VRIJ-stand (blz. 12)? (betreffende uitvoeringen) Isde bougie in goede conditie (blz. 24)? 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 32 SPECIFICATIES Motor 4-slag, bovenhandse nok, 1 cilinderGJAAE 367 mm 331 mm 360 mm 10,5 kg 160 cm GCV160E GCV135E GJAFE 351 mm 331 mm 353 mm 10,4 kg 135 cmAfmetingen Beschrijvingscode voor aandrijfapparatuur Lengte Breedte Hoogte Droog gewicht 3,3 kW (4,5 PS)/3.600 min (omw/min) 11,4 N·m (1,16 kgf-m)/ 2.500 min (omw/min) 9,7 N·m (0,99 kgf-m)/ 2.500 min(omw/min) 313 g/kWh (230 g/PSh) Geforceerde koeling Transistor-magneetontsteking Tegen de richting van de wijzers van de klok 0,9 1,1 4,1 kW (5,5 PS)/3.600 min (omw/min) 64x50mm 64x42mm 0,55 Motortype Cilinderinhoud Boring x slag Max. vermogen Max. koppel Brandstofverbruik Koelsysteem Ontstekingssysteem Aftakasrotatie Brandstoftankinhoud Motorolie-inhoud Motorolie BougieOnderhoudsclassificatie SG of SH; SAE 10W-30 BPR6ES (NGK) De specifikaties kunnen verschillen naar gelang de uitvoering en kunnen zonder voorafgaandelijke aankondiging gewijzigd worden.