Home > Honda > Engines > Honda Engine GXV610 GXV620 GXV670 Owners Manual Dutch Version

Honda Engine GXV610 GXV620 GXV670 Owners Manual Dutch Version

    Download as PDF Print this page Share this page

    Have a look at the manual Honda Engine GXV610 GXV620 GXV670 Owners Manual Dutch Version online for free. It’s possible to download the document as PDF or print. UserManuals.tech offer 328 Honda manuals and user’s guides for free. Share the user manual or guide on Facebook, Twitter or Google+.

    							µ
    NEDERLANDS
    HANDIGE TIPS & SUGGESTIES
    UW MOTOR STALLEN
    Voorbereiding op stalling
    Brandstof Reinigen
    Motorolie Brandstoftank en carburateur aftappenEen benzinestabilisator toevoegen om benzinelevensduur te verlengen
    CARBURATEUR
    AFTAPPLUG
    11
    Correct stallen is van groot belang om uw motor in storingsvrije conditie te
    houden en er goed te laten uitzien. Met de volgende stappen voorkomt u
    dat roest en corrosie de werking en de aanblik van uw motor verslechteren
    en zal de motor de volgende keer weer gemakkelijk starten.
    Als de motor heeft gedraaid, laat dan minstens een half uur afkoelen
    voordat u gaat reinigen. Reinig de motor aan de buitenzijde, werk
    beschadigde lak bij en smeer andere gedeelten die kunnen roesten licht in
    met olie.
    Door te reinigen met water uit een tuinslang of met een hogedrukreiniger,
    kan er water in het luchtfilter of in de uitlaatdemperopening dringen. Water
    in het luchtfilter wordt opgezogen door het luchtfilterelement en water dat
    zo het luchtfilter of de uitlaatdemper passeert kan in de cilinder
    terechtkomen en schade veroorzaken.
    Breng de bougies weer aan. Laat de motor een paar seconden draaien door de motorschakelaar in de
    stand START te zetten, zodat de olie goed in de cilinders wordt verdeeld. Giet een eetlepel (5 10 cm
    ) schone motorolie in elke cilinder. Verwijder de bougies (zie pagina ).
    Ververs de motorolie (zie pagina ). Draai de aftapschroef van de carburateur los en tap de carburateur af in
    een geschikte opvangbak. Draai na het aftappen de aftapschroef in de
    carburateur weer stevig vast. Koppel de brandstofleiding naar de motor af en tap de brandstoftank af
    in een geschikte opvangbak. Als de brandstoftank een kraan heeft, draai
    deze dan naar de stand OPEN of ON zodat de brandstof gemakkelijk
    uitstroomt. Sluit na aftappen de brandstofleiding weer aan.Veeg gemorste benzine direct weg. Werk met benzine alleen in de buitenlucht. Zet de motor af en houd warmtebronnen, vonken en open
    vuur uit de buurt. Benzine is zeer ontvlambaar en explosief en u kunt
    brandwonden of ernstig letsel oplopen terwijl u met benzine
    bezig bent. Wanneer u een benzinestabilisator toevoegt, vul de brandstoftank dan met
    nieuwe benzine. Als u de tank alleen gedeeltelijk vult, zal de lucht in de tank
    tijdens stalling de achteruitgang versnellen. Als u een benzinevat gebruikt
    om bij te tanken, zorg dan dat deze altijd alleen nieuwe benzine bevat.
    Voeg benzinestabilisator toe volgens de aanwijzingen van de fabrikant.
    Laat na toevoeging van een benzinestabilisator de motor gedurende tien
    minuten in de buitenlucht draaien, zodat voor alle onbehandelde
    benzine behandelde benzine in de plaats is gekomen.
    Zet de motor af en als de brandstoftank een brandstofkraan heeft, draai
    de kraanhendel dan naar de stand CLOSED of OFF.
    Afhankelijk van de regio waar u de apparatuur gebruikt, kan de
    samenstelling van de brandstof snel verslechteren en oxideren.
    Verslechtering en oxidatie van de brandstof kunnen al binnen 30 dagen
    optreden en kunnen schade veroorzaken aan de carburateur en/of het
    brandstofsysteem. Raadpleeg uw onderhoudsdealer voor aanbevelingen
    voor opslag.
    Benzine zal tijdens stalling oxyderen en gaat dan kwalitatief achteruit. Met
    slechte benzine zal de motor moeilijk starten en blijft er een harsaanslag
    achter die het brandstofsysteem kan verstoppen. Als de kwaliteit van de
    benzine in uw motor tijdens stalling achteruitgaat, is mogelijk extra
    onderhoud nodig aan de carburateur of andere onderdelen van het
    brandstofsysteem of moeten deze worden vervangen.
    De periode dat benzine in uw brandstoftank en carburateur kan blijven
    zonder dat dit nadelig is voor de werking, hangt af van factoren als de
    benzinemix, de temperatuur in uw stallingruimte en of de brandstoftank
    geheel of gedeeltelijk is gevuld. De lucht in een gedeeltelijk gevulde
    brandstoftank versnelt de achteruitgang van de benzine. Bij een zeer hoge
    stallingtemperatuur versnelt de achteruitgang van de benzine.
    Brandstofverslechteringsproblemen kunnen dan al binnen een paar
    maanden optreden, of zelfs eerder als de benzine waarmee uw
    benzinetank is gevuld niet nieuw was.
    Schade aan het brandstofsysteem of problemen in de motorwerking als
    gevolg van een slechte stallingvoorbereiding, vallen niet onder de
    garantie
    van de dealer (Distributor’s Limited Warranty)
    .
    U kunt de levensduur van brandstof in stalling verlengen door een
    benzinestabilisator toe te voegen die speciaal daarvoor is samengesteld, of
    u voorkomt problemen met brandstofkwaliteit door tevoren de
    brandstoftank en de carburateur af te tappen.1.
    2.
    3.
    1.
    2.
    3. 1.
    2.
    4.
    5.108 08/03/18 16:13:56 39Z6E600_011 
    						
    							NEDERLANDS
    ONVERWACHTE PROBLEMEN OPLOSSEN
    Mogelijke oorzaak Correctie Voorzorgen bij stalling
    Uit stalling nemen
    VERVOERMOTOR WIL NIET
    STARTEN
    MOTOR HEEFT
    GEEN VERMOGENMogelijke oorzaak Correctie
    12
    Als u uw motor stalt met benzine in de brandstoftank en de carburateur,
    moet het risico op ontbranding van benzinedamp zoveel mogelijk worden
    tegengegaan. Kies een goed geventileerde stallingruimte, op ruime
    afstand van apparatuur met open vuur zoals een fornuis, een
    waterverwarmer of een kledingdroger. Vermijd ook een plek met een
    elektromotor die vonken produceert of waar elektrisch gereedschap wordt
    gebruikt.
    Kies ook geen stallingruimte die erg vochtig is, want vocht bevordert roest
    en corrosie.
    Zet de motor om te stallen horizontaal neer. Door te kantelen kan er
    brandstof- of olielekkage ontstaan.
    Dek de motor af nadat de motor en het uitlaatsysteem zijn afgekoeld, om
    stof buiten te houden. Een warme motor en uitlaatsysteem kan sommige
    materialen doen ontbranden of smelten. Gebruik geen plastic folie om af te
    dekken tegen stof. Onder zo’n niet-doorlatende afdekking blijft vocht
    rondom de motor achter en verloopt roestvorming en corrosie sneller.
    Verwijder de accu en berg deze op een koele en droge plek op. Laad de
    accu eens per maand op zolang de motor in stalling staat. Hiermee
    verlengt u de levensduur van de accu.
    Controleer uw motor zoals beschreven in de paragraaf
    GEBRUIKSCONTROLES VOORAFin deze handleiding (zie pagina ).
    Als u de brandstof heeft afgetapt ter voorbereiding op stalling, vul de tank
    dan weer met nieuwe benzine. Als u een benzinevat gebruikt om bij te
    tanken, zorg dan dat deze altijd alleen nieuwe benzine bevat. Na verloop
    van tijd oxydeert benzine en verslechtert de kwaliteit, waardoor starten
    wordt bemoeilijkt.
    Als de cilinders ter voorbereiding op stalling werden geolied, zal de motor
    heel even roken bij de eerste start. Dat is normaal.
    Als de motor heeft gedraaid, laat dan eerst minstens 15 minuten afkoelen
    voordat u de motor op het transportvoertuig zet. Een hete motor en
    uitlaatsysteem kunnen brandwonden veroorzaken en materialen doen
    ontbranden.
    Houd de motor horizontaal wanneer u deze vervoert, om de kans op
    lekkage van brandstof te verkleinen. Als de brandstoftank een
    brandstofkraan heeft, draai de kraanhendel dan naar de stand CLOSED of
    OFF.Accu opnieuw opladen.
    Vervang de zekering.
    Zet hendel in de stand
    OPEN of ON.
    Zet hendel in de stand
    CLOSED, behalve als
    de motor warm is.
    Zet motorschakelaar
    in de stand ON.
    Brandstof bijvullen
    (p. 7).
    Tap de brandstoftank
    en de carburateur af
    (p. 11).
    Bijtanken met nieuwe
    benzine (p. 7).
    Stel elektrodenafstand
    opnieuw af of vervang
    de bougies (p. 10).
    Droog de bougies en
    breng weer aan. Start
    de motor met de
    gashendel in de stand
    FAST.
    Vernieuw of repareer
    defecte onderdelen
    zoals vereist.
    Filterelement(en)
    verstopt.
    Slechte brandstof;
    motor gestald zonder
    voorbereiding of
    aftappen van
    brandstof, of
    bijgetankt met
    slechte benzine.
    Brandstoffilter
    verstopt, defect in
    carburateur, defect
    ontstekingssysteem,
    hangende kleppen,
    etc.Reinig of vervang
    filterelement(en) (p. 9).
    Tap de brandstoftank
    en de carburateur af
    (p. 11).
    Bijtanken met nieuwe
    benzine (p. 7).
    Vernieuw of repareer
    defecte onderdelen
    zoals vereist. Accu leeg.
    Zekering
    doorgebrand.
    Brandstofkraan in
    stand CLOSED
    of OFF
    (indien aanwezig).
    Choke open.
    Motorschakelaar in
    OFF.
    Geen brandstof.
    Slechte brandstof;
    motor gestald zonder
    voorbereiding of
    aftappen van
    brandstof, of
    bijgetankt met
    slechte benzine.
    Verkeerde of
    vervuilde bougies
    of foutieve
    elektrodenafstand.
    Bougies nat door
    benzine
    (motor verzopen).
    Brandstoffilter
    verstopt, defect in
    carburateur, defect
    ontstekingssysteem,
    hangende kleppen,
    etc. Elektrisch starten:
    Controleer de
    accu en de
    zekering.
    Controleer de
    regelstanden.
    Controleer de
    brandstof.
    Verwijder en
    inspecteer de
    bougies.
    Controleer het
    luchtfilter.
    Controleer de
    brandstof. 1.
    2.
    3.
    4.
    5.
    1.
    2.
    3. 3
    Neem de motor
    mee naar een
    erkende Honda
    onderhoudsdealer
    of zie het
    werkplaatshandboek.
    Neem de motor
    mee naar een
    erkende Honda
    onderhoudsdealer
    of zie het
    werkplaatshandboek.
    05/11/15 08:57:33 39Z6E600_012 
    						
    							µ
    µµ´´ µ´´
    µ
    ´ µ
    µ´
    NEDERLANDS
    Accuaansluitingen voor elektrische starter
    Locatie serienummer Aanbevolen accu
    WAARSCHUWING:
    Was uw handen na gebruik.TECHNISCHE INFORMATIE
    LOCATIE MOTORSERIENUMMER &
    MOTORUITVOERING
    NEGATIEVE ( )
    ACCUKABELPOSITIEVE ( )
    ACCUKABEL
    13
    Aanschafdatum: ______ / ______ / ______Motortype: ___ ___ ___ ___ Motorserienummer: __ __ __ __ __ __ __ __ __ __ __ Noteer het motorserienummer, de uitvoering en de aanschafdatum in de
    ruimte hieronder. U heeft deze informatie nodig bij het bestellen van
    onderdelen en bij vragen over technische kwesties of over de garantie.
    Smeer de aansluitpolen en de kabeluiteinden in met vet. Sluit de negatieve ( ) accukabel aan op de negatieve ( ) accupool,
    zoals in de afbeelding getoond. Sluit de positieve accukabel ( ) aan op de positieve ( ) accupool, zoals
    in de afbeelding getoond. Sluit de negatieve ( ) accukabel aan op een motorbevestigingsbout,
    een framebout of een ander goed massapunt aan de motor. Sluit de positieve accukabel ( ) aan op de aansluiting van de
    startersolenoïde, zoals in de afbeelding getoond. Pas op en sluit de accupolen niet omgekeerd aan, u veroorzaakt zo
    kortsluiting in het acculaadsysteem. Sluit altijd de positieve ( ) accukabel
    aan op de accupool voordat u de negatieve accukabel ( ) aansluit; uw
    gereedschap kan dan geen kortsluiting veroorzaken als u hiermee een aan
    massa verbonden onderdeel aanraakt terwijl u de positieve kabel ( )
    vastzet.
    Als u de correcte werkwijze niet opvolgt, kan een accu
    exploderen en dan omstanders ernstig letsel toebrengen.
    Houd vonken, open vuur en rookartikelen bij de accu
    vandaan.
    Accupolen, accuklemmen en bijbehorende accessoires
    bevatten lood en loodhoudende stoffen.12 V 45 Ah
    1.
    2.
    3.
    4.
    5.GXV610
    GXV620
    GXV670 08/03/18 16:14:13 39Z6E600_013 
    						
    							NEDERLANDS
    Verbinding voor externe bediening Carburateurmodificaties voor werking op grotere geografische hoogte
    BEDIENING LINKERZIJDE
    BEDIENINGSHENDEL
    KABELHOUDER
    5 mm-SCHROEVENKABELHOUDER
    BEDIENING RECHTERZIJDE
    BEDIENINGSHENDEL
    KABELHOUDER
    5 mm-SCHROEVENCHOKEKABEL
    BEDIENINGSHENDEL
    GASKABEL
    BEDIENINGSHENDEL
    CHOKEKABEL
    GASKABEL KABELHOUDER
    14
    De gas-en chokehendels zijn uitgevoerd met gaten om een extra kabel te
    kunnen bevestigen. De volgende afbeeldingen tonen
    installatievoorbeelden van een massieve draadkabel en een kabel met
    flexibele gevlochten draad.Op grotere geografische hoogte is het lucht/brandstof mengsel van de
    standaardcarburateur te rijk. De motor presteert dan minder en het
    brandstofverbruik neemt toe. Als het mengsel erg rijk is, raakte ook de
    bougie vervuild en zal de motor moeilijker starten. Bij langdurig gebruik op
    een afwijkende geografische hoogte dan waarvoor deze motor is
    gecertificeerd, kan de emissie toenemen.
    De werking op grotere geografische hoogte kan worden verbeterd door
    specifieke modificaties aan de carburateur. Als u uw motor altijd gebruikt
    op een hoogte boven 1.500 meter, laat deze carburateurmodificatie dan
    uitvoeren door uw onderhoudsdealer. Als u deze motor op grotere
    hoogten gebruikt na de daarvoor bedoelde carburateurmodificatie, zal
    gedurende de gehele levensduur aan de emissienorm worden voldaan.
    Ook met de carburateurmodificatie neemt het motorvermogen af met ca.
    3,5% per elke 300 meter toename in hoogte. De geografische hoogte werkt
    echter extra nadelig voor het motorvermogen dan zonder deze
    carburateurmodificatie.
    Als de carburateur is gewijzigd voor gebruik op grotere geografische
    hoogte, is het lucht/brandstofmengsel te arm voor gebruik op lagere
    hoogten. Als u een gewijzigde carburateur gebruikt beneden 1.500 meter,
    kan de motor oververhit raken en kan er ernstige motorschade ontstaan.
    Laat bij gebruik op lagere hoogten uw onderhoudsdealer de carburateur
    weer wijzigen volgens de originele fabrieksspecificaties.
    05/11/15 08:57:59 39Z6E600_014 
    						
    							NEDERLANDS
    Informatie over emissieregelsysteem
    EmissiebronnenVervangingsonderdelen
    Problemen die emissie kunnen beïnvloeden Onkundig gesleutel en wijzigingen De wetgeving op luchtverontreiniging in de Verenigde Staten en de
    staat Californië en de milieuwetgeving in Canada Onderhoud
    15
    In het verbrandingsproces komen koolmonoxide, stikstofoxiden en
    koolwaterstoffen vrij. Minder emissie van koolwaterstoffen en
    stikstofoxiden is zeer gewenst, omdat deze stoffen onder sommige
    omstandigheden bij blootstelling aan zonlicht reacties aangaan en dan een
    fotochemische smog vormen. Koolmonoxide reageert niet op dezelfde
    wijze, maar is een giftige stof.
    Honda gebruikt de juiste lucht-/brandstofverhoudingen en andere
    emissieregelsystemen om de emissie van koolmonoxide, stikstofoxiden en
    koolwaterstoffen te beperken.
    Daarnaast wordt bij brandstofsystemen van Honda gebruikgemaakt van
    onderdelen en regeltechnieken voor het verminderen van
    benzinedampemissies.
    Zwarte rook uit de uitlaat of een hoog brandstofverbruik. Naverbranding (terugslaan).
    Overslaan of terugslaan onder belasting.
    Onregelmatig stationair draaien.
    Moeilijk starten of afslaan na de start. Als u een van de volgende symptomen opmerkt, laat uw motor dan
    inspecteren en repareren door uw onderhoudsdealer.Het wijzigen of buiten werking stellen van het regelmechanisme of
    toerentalverstelmechanisme waardoor de motor kan functioneren
    buiten de originele ontwerpparameters. Het verwijderen of wijzigen van delen van het inlaat-, brandstof- of
    uitlaatsysteem. Door onkundig sleutelen aan of wijzigen van het emissieregelsysteem kan
    de emissie toenemen tot boven de wettelijk toegestane grenswaarde.
    Onder zulk onkundig gesleutel wordt o.a. verstaan: De volgende instructies en procedures moeten worden opgevolgd om te
    zorgen dat de emissie van uw Honda motor aan de emissienormen voldoet. De regelgeving van de overheid in Californië en Canada en van de
    Amerikaanse EPA (Environmental Protection Agency) verplicht alle
    fabrikanten om schriftelijke instructies op te stellen die de werking en het
    onderhoud aan emissieregelsystemen beschrijven.De emissieregelsystemen op uw Honda motor zijn ontworpen, gebouwd
    en gecertificeerd om te voldoen aan de emissienormen van de EPA,
    Californië (uitvoeringen die zijn goedgekeurd voor verkoop in Californië)
    en Canada. Wij raden aan om bij alle onderhoud originele Honda
    onderdelen te gebruiken. Deze door Honda ontworpen
    vervangingsonderdelen zijn geproduceerd volgens dezelfde normen als de
    originele onderdelen, zodat u kunt vertrouwen op een goede werking. Het
    gebruik van vervangingsonderdelen van een ander ontwerp of van
    mindere kwaliteit kan de effectieve werking van uw emissieregelsysteem
    nadelig beïnvloeden.
    Volg het onderhoudsschema op pagina . Denk eraan dat dit schema
    uitgaat van de veronderstelling dat u uw machine gebruikt volgens de
    gebruiksbestemming. Vaker onderhoud is vereist bij langdurig gebruik
    onder hoge temperaturen of hoge belasting of onder ongewoon vochtige
    of stoffige omstandigheden. Een fabrikant van een los verkrijgbaar onderdeel is ervoor
    verantwoordelijk dat het onderdeel de emissieprestaties niet nadelig zal
    beïnvloeden. De fabrikant van het onderdeel of het revisiebedrijf moet
    aantonen dat het gebruik van het onderdeel niet betekent dat de motor niet
    meer aan de emissienormen kan voldoen.
    6 07/10/25 17:14:50 39Z6E600_015 
    						
    							··
    ···
    ·
    ··
    · ··
    ·
    ··
    ···
    ·
    Î
    Î
    Î
    Î
    Î
    Î
    Î
    NEDERLANDS
    Specificaties Air Index (luchtindex)
    Van toepassing op
    emissieduurzaamheidsperiode Beschrijvende termGXV610 (Type-QAF)
    GXV620 (Type-QAF)
    GXV670 (Type-TAF)
    16
    Het nominale vermogen van de motor dat staat vermeld in dit document
    is het netto geleverd vermogen zoals getest aan een productiemotor
    voor het betreffende model, gemeten in overeenstemming met SAE J
    1349 bij 3.600 tpm (netto vermogen) en bij 2.500 tpm (Max. netto koppel).
    Het geleverd vermogen van massaproductiemotoren kan hiervan
    afwijken.
    Het feitelijk geleverd vermogen voor de motor die uiteindelijk in het
    chassis wordt ingebouwd, kan afhangen van talloze factoren, zoals het
    toerental van de motor in de praktijk, de omgevingsomstandigheden,
    het onderhoud en andere variabelen. Lengte Breedte
    Hoogte
    Leeggewicht [gewicht]
    Motoruitvoering
    Cilinderinhoud
    [Boring Slag]
    Netto vermogen
    Max. netto koppel
    Motorolie-inhoud
    Koelsysteem
    Ontstekingssysteem
    Aftakasrotatie459 457 431 mm
    43,8 kg
    614 cm
    [77,0 66,0 mm]
    12,1 kW (16,5 PS, 16,2 bhp) bij
    3.600 min
    (omw/min)
    39,4 N·m (4,02 kgf·m) bij
    2.500 min
    (omw/min)
    1,7
    2,2
    Geforceerde koeling
    Transistor-magneetontsteking
    Tegen de richting van de wijzers van de klok
    459 457 431 mm
    43,8 kg
    614 cm
    [77,0 66,0 mm]
    13,3 kW (18,1 PS, 17,8 bhp) bij
    3.600 min
    (omw/min)
    41,1 N·m (4,19 kgf·m) bij
    2.500 min
    (omw/min) Lengte Breedte
    Hoogte
    Leeggewicht [gewicht]
    Motoruitvoering
    Cilinderinhoud
    [Boring Slag]
    Netto vermogen
    Max. netto koppel
    Motorolie-inhoud
    Koelsysteem
    Ontstekingssysteem
    Aftakasrotatie
    Lengte Breedte
    Hoogte
    Leeggewicht [gewicht]
    Motoruitvoering
    Cilinderinhoud
    [Boring Slag]
    Netto vermogen
    Max. netto koppel
    Motorolie-inhoud
    Koelsysteem
    Ontstekingssysteem
    Aftakasrotatie1,7
    2,2
    Geforceerde koeling
    Transistor-magneetontsteking
    Tegen de richting van de wijzers van de klok
    464 473 449 mm
    45,3 kg
    670 cm
    [77,0 72,0 mm]
    15,5 kW (21,1 PS, 20,8 bhp) bij
    3.600 min
    (omw/min)
    44,4 N·m (4,53 kgf·m) bij
    2.500 min
    (omw/min)
    2,0
    2,5
    Geforceerde koeling
    Transistor-magneetontsteking
    Tegen de richting van de wijzers van de klok 300 uur (0 t/m 80 cm
    )
    500 uur (meer dan 80 cm
    )
    1.000 uur (225 cm
    en meer) 125 uur (0 t/m 80 cm
    )
    250 uur (meer dan 80 cm
    ) 50 uur (0 t/m 80 cm
    )
    125 uur (meer dan 80 cm
    )
    Verlengd Gemiddeld
    Matig De duurzaamheidsbeschrijving is bedoeld om u te informeren over de
    duurzaamheid van de motoremissie. De beschrijvende term geeft de
    nuttige gebruiksduur aan van het motoremissieregelsysteem. Zie de
    garantie voor uw emissieregelsysteemvoor nadere informatie. De staafgrafiek is bedoeld om u als klant de mogelijkheid te geven de
    emissieprestaties van verkrijgbare motoren te vergelijken. Hoe lager de
    luchtindex, hoe minder de vervuiling. Een label met luchtindexinformatie (Air Index Information) is bevestigd
    aan motoren die zijn gecertificeerd voor een
    emissieduurzaamheidsperiode overeenkomstig de eisen van de California
    Air Resources Board (Californisch instituut voor schone lucht).
    Zonder vervanging oliefilter:
    Zonder vervanging oliefilter:
    Zonder vervanging oliefilter: Met vervanging oliefilter:
    Met vervanging oliefilter:
    Met vervanging oliefilter: (Uitvoeringen die zijn goedgekeurd voor verkoop in Californië)
    (conform SAE J1349 )
    (conform SAE J1349 )
    (conform SAE J1349 )
    (conform SAE J1349 )
    (conform SAE J1349 )
    (conform SAE J1349 )
    4 takt, kopkleppen, 2 cilinders (90° V-Twin)
    4 takt, kopkleppen, 2 cilinders (90° V-Twin)
    4 takt, kopkleppen, 2 cilinders (90° V-Twin)
    07/10/25 17:15:15 39Z6E600_016 
    						
    							¶
    ¶
    ¶ µ
    NEDERLANDS
    Bedradingsschema’s Afstelspecificaties
    Beknopte naslaginformatieCONTROLEPUNT ONDERHOUDSPECIFICATIE GXV610/620/670
    3 A laadspoel en schakelaarhuistype
    20 A laadspoel en schakelaarhuistype
    17
    Geen overige afstellingen vereist.
    VS
    Behalve
    VSPompoctaangetal (PON) van 86 of hoger
    RON-octaangetal van 91 of hoger
    Pompoctaangetal (PON) van 86 of hoger Loodvrije benzine (zie pagina 7).
    J16CR-U (DENSO) ZGR5A (NGK) Brandstof
    Motorolie
    Bougie
    Onderhoud1.400 150 min
    (omw/min) Elektrodenafstand
    Stationair toerental
    Klepspeling (koud)
    Overige
    specificatiesZie pagina 10.
    Neem contact op
    metuwerkende
    Honda dealer INL: 0,15 0,02 mm
    UITL: 0,20 0,02 mm0,7 0,8 mm
    SAE 10W-30, API SJ of hogere klasse, voor algemene
    gebruiksdoeleinden.
    Ziepagina7.
    Vóór elk gebruik:
    Controleer het motorolieniveau. Zie pagina 7.
    Controleer het luchtfilter. Zie pagina 9.
    Eerste 20 uur:
    Ververs motorolie. Zie pagina 8.
    Vervolgens:
    Volg het onderhoudsschema op pagina 6.Bl
    Y
    Bu
    G
    R
    WZwart
    Geel
    Blauw
    Groen
    Rood
    WitBr
    O
    Lb
    Lg
    P
    GrBruin
    Oranje
    Roze
    Grijs
    STARTMOTOR
    ACCU
    LINKER BOUGIE HOOFDZEKERING
    Bl
    Y
    Bu
    G
    R
    WGeel
    Blauw
    Groen
    Rood
    WitBr
    O
    Lb
    Lg
    P
    GrOranje
    Roze
    Grijs Zwart BruinLAADSPOEL (3 A)
    RECHTER BOUGIE
    MOTORSTOPDIODE CONTACTSLOT
    STARTMOTOR
    ACCU
    LINKER BOUGIE HOOFDZEKERING
    MASSAPUNT
    MOTOR
    RECHTER BOUGIE
    MOTORSTOPDIODE CONTACTSLOT LINKER BOBINE
    RECHTER BOBINE
    LINKER BOBINE
    RECHTER BOBINELichtgroen Lichtblauw
    MAGNEETKLEP
    BRANDSTOFTOEVOER MASSAPUNT MOTOR
    GELIJKRICHTER
    Lichtgroen Lichtblauw
    LAADSPOEL(20A) (A)
    (B)
    (C)
    (D)
    (E)
    (F)
    (G)
    (H)
    (I)
    (J)
    (K)
    (L)
    (M)
    MAGNEETKLEP
    /
    GELIJKRICHTER (A)
    (B)
    (C)
    (D)
    (E)
    (F)
    (G)
    (H)
    (I)
    (J)
    (K)
    (L)
    (M)UIT
    AAN
    START
    UIT
    AAN
    START
    BRANDSTOFTOEVOER
    SPANNINGSREGELAAR
    07/10/25 17:15:34 39Z6E600_017 
    						
    							¬­µ Canada: Verenigde Staten, Puerto Rico en Amerikaanse Maagdeneilanden:
    Voor Europese gebiedsdelen:Canada:
    Honda Canada, Inc.
    American Honda Motor Co., Inc. Verenigde Staten, Puerto Rico en Amerikaanse Maagdeneilanden:Het Honda-kantoor Alle overige gebieden: Verenigde Staten, Puerto Rico en Amerikaanse Maagdeneilanden: INFORMATIE OVER DISTRIBUTEUR-/DEALERZOEKFUNCTIE
    KLANTENSERVICE-INFORMATIEAustralië:
    Honda Australia Motorcycle and Power Equipment Pty. Ltd.
    Voor Europese gebiedsdelen:
    Honda Europe NV.
    Alle overige gebieden:
    NEDERLANDS
    GEBRUIKERSINFORMATIE
    18
    of bezoek onze website: www.honda.ca Bel (888) 9HONDA9 of bezoek onze website: www.honda-engines.com Bel (800) 426-7701
    bezoek onze website: http://www.honda-engines-eu.com
    De onderhoudsmonteurs bij uw dealervestiging zijn goed opgeleide
    vakmensen. Zij zullen vrijwel elke vraag waarmee u zit kunnen
    beantwoorden. Als u een probleem heeft dat uw dealer niet naar
    tevredenheid oplost, bespreek dit dan met het management van de
    dealervestiging. De werkplaatsmanager, algemeen manager of de
    eigenaar kunnen u helpen. Vrijwel alle problemen worden op deze wijze
    opgelost.715 Milner Avenue
    Toronto, ON
    M1B 2K8
    Telefoon:
    Of bel: (770) 497-6400, 8:30 am - 8:00 pm EST Power Equipment Division
    Customer Relations Office
    4900 Marconi Drive
    Alpharetta, GA 30005-8847 Een gedetailleerde beschrijving van het probleem Uw naam, adres en telefoonnummer
    Aanschafdatum Naam, adres en contactpersoon van de dealer die het onderhoud aan uw
    motor verricht Naam van de dealer die de motor aan u verkocht Motoruitvoering, serienummer en type (zie pagina ) De naam van de fabrikant en het modelnummer van de apparatuur
    waaraan de motor is gemonteerd Als u schrijft of belt, geef dan de volgende informatie door: Als u niet tevreden bent met een beslissing van het management van de
    dealervestiging, neem dan contact op met het vermelde Honda kantoor. Als u ook na een gesprek met de regiodealer (Regional Engine Distributor)
    nog ontevreden bent, kunt u contact opnemen met het vermelde Honda
    kantoor. Als u niet tevreden bent met een beslissing van het management van de
    dealervestiging, neem dan contact op met de regiodealer voor Honda
    motoren in uw gebied (Honda Regional Engine Distributor).Fax:
    1954 1956 Hume Highway Campbellfield Victoria 3061
    Telefoon:
    Fax:
    European Engine Center
    http://www.honda-engines-eu.com
    Neem contact op met de Honda dealer in uw gebied voor assistentie.(03) 9270 1111
    (03) 9270 1133 (888) 9HONDA9
    (888) 946-6329
    (416) 299-3400
    (877) 939-0909
    (416) 287-4776Kosteloos
    Netnummer Toronto
    Kosteloos
    Netnummer Toronto
    13 08/03/18 16:14:45 39Z6E600_018 
    						
    All Honda manuals Comments (0)

    Related Manuals for Honda Engine GXV610 GXV620 GXV670 Owners Manual Dutch Version