Home > GGP Italy SPA > Chainsaw > GGP Italy SPA Chainsaw 171501084 Operators Manual Dutch Version

GGP Italy SPA Chainsaw 171501084 Operators Manual Dutch Version

    Download as PDF Print this page Share this page

    Have a look at the manual GGP Italy SPA Chainsaw 171501084 Operators Manual Dutch Version online for free. It’s possible to download the document as PDF or print. UserManuals.tech offer 893 GGP Italy SPA manuals and user’s guides for free. Share the user manual or guide on Facebook, Twitter or Google+.

    							NLPRESENTATIE1
    Geachte Klant,
    wij danken u voor het feit dat u de voorkeur hebt gegeven aan onze producten en wij hopen dat hetgebruik van deze machine u zeer tevreden zal stellen en dat zij volledig aan uw verwachtingen zal vol-doen. Deze handleiding is geschreven om u vertrouwd te maken met uw machine en om u in staat testellen haar op de beste en de meest veilige manier te gebruiken: vergeet niet dat deze handleidingeen integrerend deel van de machine is, bewaar deze binnen handbereik zodat u haar op elk gewenstmoment kunt raadplegen en zorg ervoor dat ze de machine altijd vergezelt ook als u de machine ver-koopt of uitleent.
    Deze nieuwe machine is ontworpen en gemaakt in overeenstemming met de geldende voorschriftenen is volkomen veilig en betrouwbaar indien zij wordt gebruikt overeenkomstig de aanwijzingen in dezehandleiding (voorzien gebruik); het gebruik voor andere doeleinden of het niet in acht nemen van deaangegeven veiligheids-, gebruiks-, onderhouds- en reparatievoorschriften wordt als “oneigenlijkgebruik” beschouwd en brengt verval van, zowel de garantie, als de aansprakelijkheid van de fabrikantteweeg waardoor de gebruiker zelf verantwoordelijk is voor schade of letsel die hijzelf of anderenoplopen.
    Mocht u verschillen tegenkomen tussen wat beschreven is en de machine die u bezit, denk er dan aandat, aangezien het product continu verbeterd wordt, de in deze handleiding opgenomen gegevenszonder voorafgaande kennisgeving en zonder dat de fabrikant verplicht is de handleiding te updatengewijzigd kunnen worden, waarbij de essentiële kenmerken met het oog op de veiligheid en de wer-king evenwel onveranderd blijven. Neem ingeval van twijfel contact op met uw Verkoper. Wij wensenu een prettig gebruik van de machine toe!
    INHOUD
    1.Identificatie van de hoofdcomponenten ...................................... 22.Symbolen ..................................................................................... 33.Veiligheidsvoorschriften................................................................ 44.Montage van de machine  ........................................................... 65.Voorbereiding ............................................................................... 76.Starten - Gebruik – Uitschakelen motor ...................................... 87.Gebruik van de machine ............................................................ 108.Onderhoud en opslag ................................................................ 129.Opsporen van defecten .............................................................. 15 
    						
    							NL
    BELANGRIJKSTE ONDERDELEN
    1. Motor
    2. Pal
    3. Voorste handbescherming
    4. Voorste handgreep
    5. Achterste handgreep
    6. Pin vergrendeling ketting
    7. Blad
    8. Ketting
    9. Bladbescherming 
    10. Typeplaatje
    BEDIENINGEN EN BIJVULLENVAN BRANDSTOF
    11. Stopschakelaar motor
    12. Versnellingsknop
    13. Vergrendeling versnelling
    14. Startknop
    15. Chokeknop (Starter)(indien aanwezig)
    16. Knop voorinspuiting (Primer)(indien aanwezig)
    17. Decompressor (indien aanwezig)
    21. Dop brandstofreservoir
    22. Dop oliereservoir ketting
    2IDENTIFICATIE VAN DE HOOFDCOMPONENTEN
    1. IDENTIFICATIE VAN DE HOOFDCOMPONENTEN
    TYPEPLAATJE
    10.1) Conformiteitsmerk volgensde richtlijn 98/37/EEG
    10.2) Naam en adres van de fabrikant
    10.3) Akoestische vermogen LWAvolgens de richtlijn 2000/14/EG
    10.4) Referentiemodel van de fabrikant
    10.5) Machinemodel
    10.6) Serienummer
    10.7) Bouwjaar
    10.1
    LWA
    dB
    10.2
    10.610.410.510.7
    10.3
    P 45(x) - P 52(x)
    P 36(x) - P 37(x)P 38(x) - P 41(x)
    P 43(x) - P 46(x)P 47(x) - P 48(x)
    P 40(x) - P 42(x)P 44(x)
    P 35(x)
    1
    2
    8
    34
    5
    6
    79
    10
    5
    1513
    212211121714
    1513
    221612111421
    1211222114
    151613
    1513
    222111121416
    1613
    2111121422
    15 
    						
    							NL
    1)Let op! Gevaar. Een niet correct gebruik vandeze machine kan gevaarlijk zijn voor zichzelf ende anderen.
    2)Gevaar voor terugslag (kickback)! De terug-slag veroorzaakt de bruuske en ongecontroleer-de beweging van de kettingzaag naar de bedie-ner toe. Ga altijd op veilige wijze te werk.Gebruik kettingen voorzien van veiligheidsscha-kels die eventuele terugslagen beperken.  
    3)Neem de machine nooit met een enkele handvast! Neem de machine stevig met beide handenvast, om een betere controle te hebben over de
    11)Brandstofreservoir
    12)Oliereservoir ketting en regelaar oliepomp
    13)Regelingen van de carburatorL = regeling brandstof lage snelheidH = regeling brandstof hoge snelheidT - IDLE - MIN = regeling van het minimum-toerental
    14)Chokeknop (Starter)
    15)Knop voorinspuiting (Primer)
    16)Kettingrem (het symbool  geeftde positie aan waarin de rem vrijgegevenwordt)
    17)Montagerichting ketting
    machine en het risico voor terugslag te beper-ken.
    4)Voordat u deze machine in gebruik neemt,eerst de handleiding lezen.
    5)De persoon die deze machine dagelijks innormale omstandigheden gebruikt kan blootge-steld zijn aan een geluidsniveau van 85 dB (A) ofhoger. Gebruik een oorbescherming en draageen veiligheidshelm.
    6)Draag werkhandschoenen en veiligheids-schoeisel!
    SYMBOLEN3
    TOELICHTENDE SYMBOLEN OP DE MACHINE (indien aanwezig)
    2. SYMBOLEN
    5
    123
    46
    11
    12
    13
    14
    15
    16
    17 
    						
    							NL
    A) VERTROUWD RAKEN
    1)Lees de gebruiksaanwijzingen aandachtig. Zorgdat u vertrouwd raakt met de bedieningsknoppen en instaat bent de machine op de juiste wijze te gebruiken.Leer de motor snel af te zetten.2) Gebruik de machine alleen voor het doel waartoe hetbestemd is, m.a.w. “het vellen, het verzagen ensnoeien van bomen met afmetingen in verhoudingtot de lengte van het kettingblad”of houten voorwer-pen met gelijkaardige eigenschappen. Elk ander doelwaarvoor de machine wordt gebruikt kan gevaarlijk zijnen zou de machine kunnen beschadigen.3) Laat nooit toe dat de machine gebruikt wordt doorkinderen of door personen die niet vertrouwd zijn metdeze aanwijzingen. De leeftijd van de gebruiker kan lan-delijk gereglementeerd zijn.4) De machine dient niet door meer dan één persoongebruikt te worden.5)Gebruik de machine in geen geval: – als er personen, in het bijzonder kinderen of dieren inde buurt zijn;– indien de gebruiker moe is, zich niet fit voelt ofgeneesmiddelen, drugs, alcohol of schadelijke stof-fen ingenomen heeft die zijn reactievermogen enaandacht kunnen verminderen;– indien de gebruiker niet in staat is om de machinestevig vast te houden met beide handen en/of tijdenshet werk niet in evenwicht en stevig op beide voetenkan staan.6) Denk eraan dat de persoon die de machine bedientof de gebruiker aansprakelijk is voor ongevallen enonvoorziene gebeurtenissen die personen of hun eigen-dommen kunnen overkomen.
    B) VÓÓR HET GEBRUIK
    1)Tijdens het werken moet gepaste kledij gedra-gen worden die de gebruiker niet hindert in zijnbewegingen.  – Draag aansluitende en beschermende kledij diebestand is tegen sneden.– Draag een helm, werkhandschoenen, een veilig-heidsbril, een stofmaskertje en veiligheidsschoeiselmet een antislipzool.  – Gebruik de oorbeschermers.– Draag geen sjaal, hemd, halsketting of andere han-gende of ruime accessoires die gegrepen kunnenworden door de machine of voorwerpen en materiaalaanwezig op de werkplaats.– Lang haar wordt zorgvuldig bijeengebonden.2)PGELET: GEVAAR! De benzine is bijzonderbrandbaar:– bewaar de brandstof in gepaste recipiënten diegeschikt zijn voor dit gebruik;– rook niet wanneer de brandstof gehanteerd wordt;– open de dop van het reservoir langzaam om de inter-ne druk geleidelijk aan af te laten;– vul benzine alleen bij in de open lucht en gebruikhiervoor een trechter;
    – giet de brandstof in het reservoir vóórdat u de motoraanzet: als de motor aanstaat of warm is mag ugeen brandstof toevoegen of de dop van de ben-zinetank afdraaien;– als u benzine gemorst hebt mag u de motor niet star-ten maar dient u de machine uit de buurt van de plekwaar u de benzine gemorst hebt te brengen en voor-komen dat er brand ontstaat. U dient te wachten tot-dat de brandstof verdampt is en de benzinedampenopgelost zijn;– reinig onmiddellijk elk spoor van benzine gemorst opde machine of op de grond;– start de machine niet op de plaats waar de brandstofbijgevuld werd;– vermijd dat de brandstof in contact komt met de kle-dij en, mocht dit toch gebeuren, trek dan andere kle-dij aan vooraleer de motor te starten;– draai de dop altijd weer goed op het reservoir van demachine en het benzinerecipiënt.3 Vervang defecte of beschadigde geluidsdempers.4)Ga vóór het gebruikover tot een algemene contro-le van de machine, in het bijzonder:– de versnellingshendel en de veiligheidshendel moe-ten vrij kunnen bewegen, zonder geforceerd te wor-den, en bij het loslaten moeten ze automatisch ensnel terug in de neutrale stand komen;– de versnellingshendel moet geblokkeerd blijvenindien niet op de veiligheidshendel geduwd wordt;– de stopschakelaar van de motor moet makkelijk vande ene stand in de andere gebracht kunnen worden;– de elektrische kabels en in het bijzonder de kabel vande bougie moeten onbeschadigd zijn om te voorko-men dat vonken ontstaan; de kap moet correct op debougie gemonteerd zijn;– de handgrepen en beschermingen van de machinemoeten schoon, droog, en stevig bevestigd zijn opde machine;– de rem van de ketting moet perfect werken en doel-treffend zijn;– lhet blad en de ketting moeten correct gemonteerdzijn;– de ketting moet correct gespannen zijn.5) Vóór het werk te beginnen, controleer of allebeschermingen correct gemonteerd zijn.
    C) TIJDENS HET GEBRUIK
    1) Start de motor niet in gesloten ruimten, waar zichgevaarlijke koolmonoxide kan ontwikkelen.2) Werk alleen bij daglicht of bij goed kunstlicht.  3)Blijf stil en stabiel staan:– vermijd zoveel mogelijk te werken op een natte ofglibberige grond, of in ieder geval op te oneffen ofsteile terreinen die de stabiliteit van de gebruiken tij-dens het werken niet kunnen garanderen;– vermijd het gebruik van ladders en onstabiele plat-formen;– ga niet te werk met de machine boven de schouder-lijn;– loop niet maar ga normaal en let op oneffenheden
    4VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
    3. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN 
    						
    							van het terrein en de aanwezigheid van eventuelehindernissen.– ga best niet alleen of te geïsoleerd te werk, om ingeval van een ongeluk makkelijker hulp te roepen.4) Start de motor terwijl de machine stevig vastgehou-den wordt:  – start de motor op een afstand van minstens 3 metervan de plaats waar de brandstof bijgevuld werd;– controleer of er zich andere personen in de draag-wijdte van de machine bevinden;– richt de geluidsdemper en dus de uitlaatgassen nooitnaar ontvlambare materialen:– let op het mogelijk wegspringen van materiaal ver-oorzaakt door de beweging van de ketting, vooralwanneer de ketting in contact komt met hindernissenof vreemde lichamen.5)Wijzig de afstelling van de motor niet en laat hettoerental van de motor niet buitengewoon hoogoplopen.6) Overbelast de machine niet en gebruik geen kleinemachine om zware werken te verrichten; het gebruikvan een machine met aangepaste afmetingen zal derisico’s beperken en de kwaliteit van het werk verbete-ren. 7) Controleer of het laagste toerental van de machinede ketting niet in beweging brengt en of de motor naeen plotse versnelling snel terugvalt tot het laagste toe-rental.8) Let erop dat het blad niet hevig botst met vreemdelichamen en let op eventueel wegspringend materiaalveroorzaakt door het draaien van de ketting.9)Schakel de motor uit:– telkens wanneer u de machine onbeheerd achterlaat;  – vóórdat u benzine bijtankt.   10)Schakel de motor uit en koppel de bougiekabellos:– voordat u de machine controleert, schoonmaakt oferaan werkt;– nadat er op een vreemd lichaam gestoten is.Controleer de machine op eventuele beschadigingenen voer de nodige reparaties uit alvorens de machineopnieuw te gebruiken; – indien de machine op abnormale wijze begint te tril-len: onmiddellijk de oorzaak nagaan en het probleemverhelpen;– wanneer de machine niet gebruikt wordt.  
    D) ONDERHOUD EN OPSLAG
    1) Laat de bouten en de schroeven vastgedraaid zittenom er zeker van te zijn dat de machine altijd op een vei-lige manier gebruiksklaar is. Als u regelmatig onder-houd aan de heggenschaar pleegt zal de werkingvan ervan veilig blijven en zal het prestatieniveaubewaard blijven.2) Zet de machine niet met benzine in het reservoir ineen ruimte waar de benzinedampen met vlammen, von-ken of een warmtebron in aanraking zouden kunnenkomen.3) Laat de motor eerst afkoelen vóór het opbergen vande machine in elke willekeurige ruimte.4) Om het risico voor brand te beperken, worden demotor, de geluidsdemper van de uitlaat en de opslag-zone van de benzine vrij gehouden van zaagsel, takjes,
    bladeren of overtollig vet; laat geen recipiënten metsnijafval in de ruimte achter.5) Als u het reservoir moet ledigen, dient u dit in deopen lucht te doen en wanneer de motor koud is.6)Draai werkhandschoenen voor elke ingreep aande snij-inrichting.7)Zorg ervoor dat de ketting altijd scherp is. Allehandelingen die betrekking hebben op de ketting en hetblad vergen een specifieke vaardigheid, naast hetgebruik van speciaal gereedschap om deze handelin-gen volgens de regels van de kunst uit te voeren; uitveiligheidsoverwegingen, neemt u altijd het best con-tact op met uw Verkoper.8)Gebruik de machine, uit veiligheidsoverwegin-gen, nooit met onderdelen die versleten of bescha-digd zijn. De beschadigde onderdelen moeten ver-nieuwd en niet gerepareerd worden. Gebruik uitslui-tend originele reserveonderdelen. Onderdelen vaneen andere kwaliteit kunnen de machine beschadigenen kunnen gevaarlijk zijn voor de gebruiker.9) Vooraleer de machine op te bergen, de sleutels ofhet gereedschap gebruikt voor het onderhoud wegne-men.10) Bewaar de machine buiten het bereik van kinderen!
    E) TRANSPORT EN VERPLAATSING
    1) Telkens wanneer de machine verplaatst of vervoerdmoet worden, is het noodzakelijk:– de motor uit te schakelen, te wachten tot de kettingtot stilstand gekomen is en de bougiekap los te kop-pelen;– de bladbescherming aan te brengen;– de machine alleen vast te nemen aan de handgrepenen het blad in de richting tegenover de loop- of rij-richting te houden.2) Wanneer de machine vervoerd wordt met een voer-tuig, moet het op dusdanige wijze geplaatst worden dater voor niemand gevaar ontstaat en stevig geblokkeerdworden om te voorkomen dat de machine omvalt enbeschadigd wordt of dat brandstof lekt.
    F) HOE DE HANDLEIDING TE LEZEN
    In de tekst van de handleiding worden enkele paragra-fen, die gegevens van bijzonder belang bevatten,gekenmerkt door diverse symbolen die de volgendebetekenis hebben:
    of   
    Verstrekt nadere gegevens ofandere elementen ter aanvulling op hetgeen daarvoorvermeld is, om te voorkomen dat de machine bescha-digd wordt of dat er schade veroorzaakt wordt.
    Gevaar voor persoonlijk letselof letsel aan anderen in geval van niet-inachtne-ming.
    Kans op ernstig persoonlijkletsel of ernstig letsel aan anderen met gevaar vandodelijke ongelukken, in geval van niet-inachtne-ming.
    !GEVAAR!
    !LET OP!
    BELANGRIJK 
    OPMERKING
    VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN5NL 
    						
    							De machine wordt geleverdmet gedemonteerde blad en ketting, en met legebrandstof- en oliereservoirs.  
    Draag altijd sterke werk-handschoenen om het blad en de ketting tehanteren. Ga bijzonder voorzichtig te werkvoor de montage van het blad en de ketting,om de veiligheid en efficiëntie van de machi-ne niet in het gedrang te brengen; neem bijtwijfels contact op met uw Verkoper.
    De montage kan plaatsvin-den op verschillende manieren, naargelang hetbevestigingssysteem van het blad en de span-ning van de ketting..
    Vooraleer het blad te monteren, controleer of derem van de ketting niet ingeschakeld is; dit wordtbekomen door de voorste handbescherming vol-ledig naar achter te trekken, naar het machine-huis toe.
    1a. MACHINES METSTANDAARDKETTINGSPANNER– Draai de moeren los en verwijder de carter vande koppeling om toegang te hebben tot hetsleepwiel en de zitting van het blad (Fig. 1). Bijde modellen P 40(x) - P 42(x) - P 44(x):wordthet carter van de koppeling reeds gedemon-teerd geleverd.– Monteer het blad (2) door de stiften in de gleufvan het blad te brengen en het blad naar deachterkant van het machinehuis te duwen(Fig. 2)– Leg de ketting rond het sleepwiel en langs degeleiders van het blad. Let hierbij op de draai-richting (Fig. 3); indien de punt van het bladvoorzien is van een haakse overbrenging, zorger dan voor dat de sleepschakels van de ket-ting correct in deze overbrenging passen.– Controleer of de pin van de kettingspanner (3)correct in de relatieve opening van het blad zit(Fig. 4); als dit niet zo is, ga dan met eenschroevendraaier te werk op de schroef (4)van de kettingspanner, tot de pin volledig in deopening zit (Fig. 5)(behalve de modellen P 42(x) - P 44(x).– Hermonteer de carter, zonder de moeren vastte draaien.• Voor de modellen P 36(x) - P 37(x) - P 38(x) - P 41(x)wordt gecontroleerd of depin (1 - Fig.1) goed op zijn plaats zit.
    OPMERKING
    !LET OP!
    BELANGRIJK• Bij de modellen P 42(x) - P 44(x):controle-ren of de pin van de kettingspanner (3a -Fig.4) van het carter van de koppeling cor-rect in de relatieve opening van het blad zit;als dit niet zo is, ga dan met een schroe-vendraaier te werk op de schroef (4a) vande kettingspanner, tot de pin volledig in deopening zit.– Draai aan de schroef van de kettingspanner (4of 4a) tot de gepaste spanning bekomenwordt (Fig. 5). De modellen P 46(x) en P 48(x)zijn uitgerust met een extra spanner tussen demoeren van de carter (5 - Fig. 5). – Houd het blad omhoog en draai de moerenvan de carter volledig vast met behulp van demeegeleverde sleutel (Fig. 6).
    1b. MACHINES MET SNELLEKETTINGSPANNER “Q-TENS”
    – Draai de knop (1) los en verwijder de cartervan de koppeling, om toegang te krijgen tothet sleepwiel en de zitting van het blad (Fig. 7).– Duw het blokje van de kettingspanner (2) vol-ledig naar voor op het blad (Fig. 8).– Monteer de ketting op het blad en respecteerhierbij de draairichting (Fig. 8); indien de puntvan het bald voorzien is van een haakse over-brenging, zorg er dan voor dat de sleepscha-kels van de ketting correct in deze overbren-ging passen.– Breng het blad (3) aan en leg de ketting rondhet sleepwiel (Fig. 8).– Draai aan de buitenste ring (4) van de cartertot beide referenties op de ring en de carterovereenkomen (Fig. 9).– Hermonteer de carter door de knop vast tedraaien (1), maar niet volledig (Fig. 10).– Span de ketting door de buitenste ring (4) inwijzerzin te draaien (Fig. 10).– Houd het blad omhoog en draai de knop (1)volledig vast (Fig. 10).
    2. CONTROLES NA DE MONTAGEVAN HET BLAD EN DE KETTING
    – Controleer de spanning van de ketting. Om tecontroleren of de spanning correct is, mogende sleepschakels niet uit hun geleider komenwanneer de ketting halverwege het blad vast-genomen wordt (Fig. 11).– Laat de ketting met behulp van een schroe-vendraaier langs de geleiders glijden, om erzeker van te zijn dat deze beweging zonderovermatige belasting gebeurt.
    6MONTAGE VAN DE MACHINENL
    4. MONTAGE VAN DE MACHINE 
    						
    							VOORBEREIDING7NL
    CONTROLE VAN DE MACHINE
    Alvorens de machine te gebruiken, is het nood-zakelijk:
    – te controleren of er geen schroeven loszittenaan de machine of het blad;– te controleren of de ketting scherp is en nietbeschadigd is;– te controleren of de luchtfilter schoon is;– te controleren of de beschermingen goedvastzitten en efficiënt zijn;– te controleren of de handgrepen goedbevestigd zijn;– de efficiëntie van de kettingrem te controleren.
    BEREIDING VAN HET BRANDSTOFMENGSEL
    Deze machine is uitgerust met een tweetaktmo-tor waarvoor een mengsel van benzine ensmeerolie gebruikt moet worden.
    Het gebruik van alleen ben-zine beschadigd de motor en doet de garantievervallen.
    Gebruik alleen brandstof ensmeermiddelen van goede kwaliteit, om deprestaties in stand te houden en borg te staanvoor de levensduur van de mechanische compo-nenten.
    • Eigenschappen van de benzine
    Gebruik alleen loodvrije benzine (groen) met eenoctaangehalte van minstens 90 N.O.
    Groene benzine zorgt altijdvoor wat afzettingen in het recipiënt indien hetlanger dan 2 maanden bewaard wordt. Gebruikaltijd verse benzine!
    • Eigenschappen van de olie
    Gebruik alleen synthetische olie van uitstekendekwaliteit, specifiek voor tweetaktmotoren.
    Bij uw Verkoper zijn oliën beschikbaar die speci-aal bestudeerd werden voor dit type van motoren in staat zijn om voor een hoge beschermingte zorgen.
    Het gebruik van deze oliën leidt tot een mengselbij 2%, d.w.z. 1 deel olie voor 50 delen benzine.
    BELANGRIJK
    BELANGRIJK
    BELANGRIJK
    • Bereiding en bewaring van het mengsel
    De benzine en het mengsel zijn ontvlambaar!– Bewaar de benzine en het mengsel in spe-ciale recipiënten voor brandstof, op eenveilige plaats, uit de buurt van warmte-bronnen of naakte vlammen.– De recipiënten moeten buiten het bereikvan kinderen bewaard worden.– Niet roken tijdens de bereiding van hetmengsel en de benzinedampen niet inade-men.
    De tabel geeft de hoeveelheden benzine en olieweer te gebruiken voor de bereiding van hetmengsel naargelang het aangewend type vanolie.
    Voor de bereiding van het mengsel:
    – Doe ongeveer de helft van de benzine in eengeschikte tank.– Voeg er alle olie aan toe, volgens de tabel.– Voeg de rest van de benzine toe.– Sluit de dop en schud krachtig.
    Het mengsel is onderhevigaan veroudering. Bereid niet te veel mengsel, omafzettingen te voorkomen.
    Zorg ervoor dat de recipiën-ten van de benzine en het mengsel goed vanelkaar onderscheiden worden, om geen vergis-sing te begaan op het moment van het gebruik.
    Reinig de recipiënten van debenzine en het mengsel periodiek, om eventueleafzettingen te verwijderen.
    BELANGRIJK
    BELANGRIJK
    BELANGRIJK
    !GEVAAR!
    5. VOORBEREIDING
    Benzine Synthetische olie 2-Takt
    liter liter cm3
    10,02 20
    20,04 40
    30,06 60
    5 0,10 100
    10 0,20 200 
    						
    							NL
    BIJVULLEN VAN BRANDSTOF
    Niet roken tijdens het bij-vullen en de benzinedampen niet inademen.
    Open de dop van de tankvoorzichtig omdat er druk ontstaan kan zijnaan de binnenkant.
    Vooraleer bij te vullen:
    – Schud de tank van het mengsel krachtig.– Plaats de machine effen en stabiel, met devuldop van het reservoir naar boven.– Maak de dop van het reservoir en de zonerond de dop schoon om te voorkomen dat tij-dens het bijvullen onzuiverheden terechtko-men in het mengsel.– Open de dop van het reservoir voorzichtig omde druk geleidelijk aan af te laten. Vul bijgebruik makend van een trechter en vul hetreservoir niet tot aan de rand.
    De dop van het reservoirmoet altijd stevig weer vastgedraaid worden.
    Reinig onmiddellijk elkspoor van mengsel dat eventueel gemorstwerd op de machine of op de grond en startde motor pas wanneer de benzinedampenvoleldig opgelost zijn.
    !LET OP!
    !LET OP!
    !LET OP!
    !GEVAAR!
    SMEERMIDDEL KETTING
    Gebruik alleen olie die speci-fiek bestemd is voor kettingzagen of hechtolievoor kettingzagen. Gebruik geen olie die onzui-verheden bevat, om de filter van het reservoirniet te verstoppen en de oliepomp niet onher-roepelijk te beschadigen.
    De olie bestemd voor desmering van de ketting is biologisch afbreekbaar.Het gebruik van een minerale olie of motoroliebrengt ernstige schade toe aan het milieu.
    Het gebruik van een olie van goede kwaliteit isvan fundamenteel belang voor een efficiëntesmering van de snij-inrichtingen; een vuile olie ofolie van slechte kwaliteit zal de smering in hetgedrang brengen en de levensduur van de ket-ting en het blad verkorten.
    Het is altijd raadzaam het oliereservoir volledig tevullen (met behulp van een trechter) telkenswanneer brandstof bijgevuld wordt; aangeziende inhoud van het oliereservoir dusdanig bere-kend is dat de brandstof eerder dan de olieopgebruikt wordt, wordt voorkomen dat demachine zonder smeermiddel kan werken.
    BELANGRIJK
    BELANGRIJK
    dat de motor uitgeschakeld is of na het bijvullenvan brandstof.
    Om de motor te starten (Fig. 12):
    1. Controleer of de remketting ingeschakeld is(voorste handbescherming vooruit).2. Breng de schakelaar (1) in de stand «START».3.Voor de modellen die hiermee uitgerustzijn, druk op de knop van de decompressor.4. Schakel de starter (2) in.5.Voor de modellen die hiermee uitgerustzijn, druk 3-4 keer op de knop van de voorin-spuiting (primer) (3) om de aanvoer van decarburator te bevorderen.6. Houd de machine stevig tegen de grond, meteen hand op de handgreep en een voet in deachterste handgreep, om tijdens de start nietde controle te verliezen over de machine (Fig.13).   
    STARTEN VAN DE MOTOR
    De motor wordt gestart opeen afstand van minstens 3 meter van deplaats waar de brandstof bijgevuld werd.
    Alvorens de motor te starten:
    – Zet de machine stabiel op de grond.– Verwijder de bladbescherming.– Zorg ervoor dat het blad niet in aanrakingkomt met het terrein of met andere voorwer-pen.
    • Start met koude motor
    Met start bij koude motorwordt bedoeld een start na minstens 5 minuten
    OPMERKING
    !LET OP!
    8VOORBEREIDING / STARTEN - GEBRUIK – UITSCHAKELEN MOTOR
    6. STARTEN - GEBRUIK – UITSCHAKELEN MOTOR 
    						
    							NLSTARTEN - GEBRUIK – UITSCHAKELEN MOTOR9
    Indien machine niet stevigvastgehouden wordt, kan de gebruiker doorde duwkracht van de motor het evenwichtverliezen of zou het blad tegen een hindernisof de gebruiker zelf gericht kunnen worden.
    7. Draai langzaam de startknop 10-15 cm tot ueen zekere weerstand gewaarwordt. Geefdan enkele keren een stevige ruk tot demachine in gang schiet.
    Om te voorkomen dat hettouw breekt, wordt er niet over de gehele lengteaan getrokken. Laat het touw niet langs de randvan de opening van de touwgeleider schuren enlaat de knop geleidelijk aan los, om te voorkomendat het touw op ongecontroleerde wijze naarbinnen schiet.
    8. Trek opnieuw aan de startknop tot de motornormaal in gang komt.9. Zodra de motor loopt, de versnelling kort-stondig bedienen om de starter uit te schake-len en de motor weer tot het minimumtoeren-tal te brengen.
    Vermijd de motor aan eenhoog toerental te laten draaien met de rem vande ketting ingeschakeld; dit kan een oververhit-ting en beschadiging van de koppeling veroorza-ken.
    10. Laat de motor minstens 1 minuut op hetminimumtoerental draaien vooraleer demachine te gebruiken.
    Indien de knop van het start-touw herhaaldelijk bediend wordt met de starteringeschakeld, kan de motor vastlopen en de startbemoeilijkt worden.
    Indien de motor vastloopt, de bougie demonte-ren en voorzichtig aan de knop van het starttouwtrekken om de overtollige brandstof te verwijde-ren; vervolgens de elektrodes van de bougieafdrogen en de bougie weer monteren op demotor.
    • Start bij warme motor
    Voor de start bij warme motor (onmiddellijk na deuitschakeling van de motor), volg de punten 1 -2 - 6 - 7 - 8 van de vorige werkwijze.
    BELANGRIJK
    BELANGRIJK
    BELANGRIJK
    !LET OP!GEBRUIK VAN DE MOTOR (Fig. 14)
    De snelheid van de ketting wordt geregeld metde versnellingshendel (1) op de achterste hand-greep (2).
    De versnelling kan alleen ingeschakeld wordenwanneer gelijktijdig op de vergrendeling (3)geduwd wordt.
    De beweging wordt van de motor overgedragenop de ketting door middel van een koppelingmet centrifugaalgewichten die de beweging vande ketting verhindert wanneer de motor op hetlaagste toerental draait.
    Gebruik de machine nietals de ketting beweegt met de motor op hetlaagste toerental; neem in dit geval contactop met uw verkoper.
    De correcte werksnelheid wordt bekomen doorde versnellingsknop (1) volledig in te duwen.
    Gedurende de eerste 6-8werkuren van de machine, wordt vermeden dehoogste toerentallen te gebruiken
    UITSCHAKELEN VAN DE MOTOR (Fig. 14)
    Om de motor uit te schakelen:
    – Laat de versnellingsknop los (1) en laat demotor enkele seconden draaien op het laagstetoerental– Breng de schakelaar (4) in de stand “ STOP”.
    Nadat de versnelling in deminimumstand gezet werd, moet enkeleseconden gewacht worden vooraleer de ket-ting tot stilstand komt.
    !LET OP!
    BELANGRIJK
    !LET OP! 
    						
    							NL
    Uit respect voor de anderen en het milieu:
    – Wees geen storend element.
    – Volg nauwkeurig de lokale normen op voorde afdanking van het snijafval.
    – Volg nauwkeurig de lokale normen op voorde afdanking van olie, benzine, beschadig-de onderdelen of om het even welk elementdat niet milieuvriendelijk is.
    Draag tijdens het werkgepaste kledij. Uw Verkoper zal u alle nodigeinformatie geven over de meest geschikteveiligheidskledij, met het oog op een veiliggebruik van de machine.
    Het gebruik van de machi-ne voor het zagen en snoeien vergt een spe-cifieke opleiding.  
    REM KETTING
    Deze machine is voorzien van een automati-sche rem die de ketting stillegt in geval vaneen terugslag tijdens het zagen.
    Deze rem kan ook handmatig ingeschakeldworden, door de voorste bescherming naarvoor te duwen. Om de rem vrij te geven, trekde voorste bescherming naar de handgreeptot u een klik gewaarwordt.
    De machine niet gebrui-ken indien de remketting niet correct werkt.Neem voor de nodige controles contact opmet uw Verkoper.
    CONTROLE SPANNING KETTING
    Tijdens het werk ondergaat de ketting een pro-gressieve verlenging. De spanning moet dusregelmatig gecontroleerd worden..
    Werk niet met een kettingdie te los zit, om geen gevaarlijke situaties tecreëren wanneer de ketting uit de geleiderskomt.
    !LET OP!
    !LET OP!
    !LET OP!
    !LET OP!
    CONTROLE OLIETOEVOER 
    De machine niet gebruikenzonder smering! Het oliereservoir kan bijna volle-dig leeg zijn telkens wanneer de brandstofopraakt. Zorg ervoor dat het oliereservoir aange-vuld wordt telkens wanneer brandstof bijgevuldwordt.
    Zorg ervoor dat het bladen de ketting goed op hun paats zitten wan-neer de olietoevoer gecontroleerd wordt.
    Start de motor, houd het toerental niet te hoogen controleer of de olie van de ketting verspreidwordt zoals aangegeven in de figuur (Fig. 15).
    Voor de modellen P 42(x) - P 44(x) - P 46(x) - P 48(x),kan de oliestroom van de ketting gere-geld worden door met een schroevendraaier deregelschroef (1) van de pomp te draaien, onder-aan de machine (Fig. 15).
    GEBRUIKSWIJZEN EN SNIJTECHNIEKEN
    Vooraleer de machine voor de eerste keer tegebruiken voor het vellen of snoeien van eenboom, oefent u best op houtblokken op degrond of bevestigd op een steun, om voldoendevertrouwd te raken met de machine en de meestgeschikte snijtechnieken.
    Tijdens het werk moet demachine altijd stevig vastgehouden wordenmet beide handen.
    Leg de motor onmiddellijkstil wanneer de ketting zich tijdens het werkblokkeert. Let altijd op voor mogelijke terug-slagen (kickback) wanneer het blad in con-tact komt met een hindernis.De terugslag doet zich voor wanneer het uit-einde van de ketting in contact komt met eenvoorwerp of wanneer het hout krimpt en deketting in de snede vasthoudt. Dit contact aan het uiteinde van de kettingkan aanleiding geven tot een uiterst snellestoot in de tegenovergestelde richting, waar-bij het blad naar boven en naar de bedienertoe geduwd wordt. Dit geldt ook wanneer deketting geblokkeerd wordt aan de bovenkantvan het blad. In beide gevallen kan de bedie-ner door de terugslag de controle verliezenover de kettingzaag, met mogelijke bijzonderernstige gevolgen.
    !LET OP!
    !LET OP!
    !LET OP!
    BELANGRIJK
    10GEBRUIK VAN DE MACHINE
    7. GEBRUIK VAN DE MACHINE 
    						
    All GGP Italy SPA manuals Comments (0)

    Related Manuals for GGP Italy SPA Chainsaw 171501084 Operators Manual Dutch Version