Home > Stiga > Lawn Mower > Lawn Mower 8211 7001 70 Stiga PARK 110 COMBI PRO 125 COMBI PRO Dutch Version Manual

Lawn Mower 8211 7001 70 Stiga PARK 110 COMBI PRO 125 COMBI PRO Dutch Version Manual

    Download as PDF Print this page Share this page

    Have a look at the manual Lawn Mower 8211 7001 70 Stiga PARK 110 COMBI PRO 125 COMBI PRO Dutch Version Manual online for free. It’s possible to download the document as PDF or print. UserManuals.tech offer 5898 Stiga manuals and user’s guides for free. Share the user manual or guide on Facebook, Twitter or Google+.

    							STIGA PARK
    110 Combi Pro
    125 Combi Pro
    8211-7001-70
    BRUKSANVISNING
    KÄYTTÖOHJEET
    BRUGSANVISNING
    BRUKSANVISNING
    GEBRAUCHSANWEISUNG
    INSTRUCTIONS FOR USE
    MODE D’EMPLOI
    GEBRUIKSAANWIJZING
    ISTRUZIONI PER L’USO
    INSTRUCCIONES DE USO
    INSTRUÇõES DE UTILIZAÇÃO
    INSTRUKCJA OBS£UGI
    »HC“P”K÷»fl œOÀ‹«Œ¬¿“EÀfl
    NÁVOD K POU®ITÍ
    HASZNÁLATI UTASÍTÁS
    NAVODILA ZA UPORABOSV .... 4
    FI ..... 8
    DA .. 12
    NO . 16
    DE ... 20
    EN... 24
    FR.... 28
    NL... 32
    IT..... 36
    ES .... 40
    PT ... 44
    PL .... 48
    RU... 52
    CS ... 56
    HU .. 60
    SL .... 64 
    						
    							2
    125 Combi Pro
    ABCD
    4WD
    A
    B
    2WD
    GF E
    E
    F Torx T30
    To r x  T 3 0
    3
    5 
    71
    4 
    6 
    8 2 
    						
    							3
    M
    4WD
    1/3
    O
    2WD
    45 Nm
    P
    11
    13
    159
    12
    14  
    1610 
    						
    							32
    NEDERLANDSNL
    1 ALGEMEEN
    Dit symbool geeft een WAARSCHU-
    WING weer. Als de instructies niet 
    nauwkeurig worden opgevolgd, kan dit 
    leiden tot ernstige persoonlijke verwon-
    dingen en/of schade.
    Lees de gebruikershandleiding en de 
    veiligheidsinstructies voor gebruik 
    goed door.
    1.1 SymbolenOp de machine ziet u de volgende symbolen om u 
    eraan te herinneren dat voorzichtigheid en oplet-
    tendheid bij gebruik geboden is.
    Betekenis van de symbolen:
    Waarschuwing!
    Lees vóór gebruik van de machine de ge-
    bruikershandleiding en de veiligheids-
    voorschriften.
     Waarschuwing!
    Zorg dat uw handen of voeten niet onder 
    de kap komen als de machine loopt.
    Waarschuwing!
    Kijk uit voor weggegooide voorwerpen. 
    Houd omstanders op afstand.
    Waarschuwing!
    Vóór het verrichten van reparaties de bou-
    giekabel ontkoppelen van de bougie.
    1.2 Verwijzingen
    1.2.1 Afbeeldingen
    De afbeeldingen in deze gebruikershandleiding 
    zijn genummerd met 1, 2, 3 etc.
    Onderdelen in afbeeldingen worden aangegeven 
    met A, B, C etc.
    Een verwijzing naar onderdeel E in afbeelding 5 
    wordt als volgt weergegeven: “5:E”.
    1.2.2 Titels
    De titels in deze gebruikershandleiding zijn op de 
    volgende manier genummerd:
    “2.3.2” is een subtitel van “2.3” en wordt onder 
    deze titel vermeld.
    Wanneer naar een titel wordt verwezen, wordt al-
    leen het nummer van deze titel aangegeven. Bij-
    voorbeeld “Zie 2.3.2”.
    2 BESCHRIJVING
    2.1 AlgemeenHet maaidek is bedoeld voor gebruik op 
    frontmaaiers van Stiga volgens onderstaande 
    tabel..
    2.2 Bedieningsmechanismen
    2.2.1 Instelling maaihoogte
    De maaihoogte kan worden ingesteld tussen 25 en 
    90 mm.
    Elektrische bediening maaihoogte
    De instelling kan met een schakelaar onbeperkt 
    worden aangepast.
    Handmatige instelling maaihoogte
    De instelling kan met een hendel op verschillende 
    vaste standen worden ingesteld. Zie afb. 1.
    2.2.2 Voorwaarts kantelen
    Door de twee pinnen een gaatje lager dan de basi-
    sinstelling te verplaatsen kan het achterdeel van 
    het maaidek 12 mm worden opgetild. Zie afb. 2.
    2.2.3 Monteren op achterzijde
    Het achterdeel van het maaidek wordt geborgd met 
    de pinnen in afb. 2.
    2.2.4 Monteren gereedschapslift
    Het maaidek wordt met een ketting en kniphaken 
    op de gereedschapslift gemonteerd. 
    Eén kniphaak bepaalt de werkstand en kan in de 
    kettingschakels worden verplaatst om het hefver-
    mogen in te stellen.
    De andere kniphaak wordt gebruikt voor de reini-
    gingsstand.
    2WD 4WD Met hand-
    matige 
    instelling 
    van de 
    hoogteMet elektri-
    sche instel-
    ling van de 
    hoogte
    XX
    XX
    XX
    XX 
    						
    							33
    NEDERLANDSNL
    3 MONTAGE
    3.1 Montage1. Plaats het maaidek vóór de machine.
    2. Controleer of de maaidekophangingen als volgt 
    op de machine zijn gemonteerd.
    Park 4WD:
    • Ring (3:D). Alleen machines t/m 2006.
    • Maaidekophanging (3:C).
    • Ring (3:B).
    • Borgring (3:A).
    Park 2WD:
    • Maaidekophanging (4:G).
    • Ring (4:F).
    • Borgpen (4:E).
    3. Verwijder aan beide kanten de pinnen en de rin-
    gen. Zie afb. 2.
    4. Bevestig de armen aan elkaar. Zie afb. 5.
    5. Hang het maaidek in de gereedschapslift. Zie 
    afb. 6.
    6. Als het maaidek is uitgerust met een elektrische 
    hoogte-instelling, sluit dan de kabel aan op het 
    stopcontact aan de rechtervoorkant van de ma-
    chine. Zie afb. 7.
    3.1.1 Riem, 4WD
    Het achterdeel van het maaidek moet op de grond 
    rusten (het mag niet worden opgetild of geborgd).
    Bevestig de riem als volgt:
    1. Stel de maximale maaihoogte in.
    2. Verwijder de beschermkap van de riem (8:E). 
    Het getal in de afbeelding geeft de sleutelmaat 
    aan. 
    3. Verwijder de riemgeleider (8:F).
    4. Leg de riem op de riempoelie (9:M).
    5. Plaats de riem op de riempoelie.
    6. Span de riem als volgt.
    Neem de hendel van de riemspanner in uw lin-
    kerhand. Trek aan de hendel en vergroot met uw 
    rechterhand en de riemspanner de spanning op 
    de buitenkant van de riem. Zie afb. 8.
    7. Plaats de riemgeleider en de beschermkap te-
    rug. Zie afb. 5.
    8. De achterkant van het maaidek moet worden 
    opgetild en gezekerd.
    Op machines met wielen van 17”:
     Bevestig de 
    ringen en de pinnen in het bovenste gaatje. 
    Zie afb. 2.
    Op machines met wielen van 16”:
     Bevestig de 
    ringen en de pinnen in het middelste gaatje.
    Zie afb. 2.3.1.2 Riem, 2WD
    Het achterdeel van het maaidek moet op de grond 
    rusten (het mag niet worden opgetild of geborgd).
    Bevestig de riem als volgt:
    1. Stel de maximale maaihoogte in.
    2. Leg de riem op de riempoelie.
    3. Plaats de riem op de riempoelie.
    4. Span de riem met de riemspanner. De spanner 
    moet zich links van de riem bevinden, gezien 
    vanuit de positie van de bestuurder. Zie afb. 10.
    5. De achterkant van het maaidek moet worden 
    opgetild en gezekerd.
    Op machines met wielen van 17”:
     Bevestig de 
    ringen en de pinnen in het bovenste gaatje. 
    Zie afb. 2.
    Op machines met wielen van 16”:
     Bevestig de 
    ringen en de pinnen in het middelste gaatje.
    Zie afb. 2.
    3.2 BandenspanningPas de bandenspanning als volgt aan:
    Voorzijde: 0,6 bar (9 psi). 
    Achter: 0,4 bar (6 psi). 
    3.3 BasisinstellingOm optimaal te kunnen maaien, is de juiste basi-
    sinstelling noodzakelijk. Het maaidek staat in de 
    basisinstelling wanneer de achterzijde 5 mm hoger 
    dan de voorzijde staat. Dit betekent dat het maai-
    dek iets voorover kantelt.
    4 MACHINE GEBRUIKEN
    Controleer of het gras dat u gaat 
    maaien vrij is van vreemde voorwerpen 
    zoals stenen etc.
    4.1 MaaihoogteU krijgt de beste maairesultaten als eenderde van 
    het gras wordt gemaaid. 2/3 van de lengte van het 
    gras blijft dan staan. Zie afb. 11.
    Als het gras lang is en veel korter moet worden, 
    kunt u beter twee keer maaien met verschillende 
    maaihoogtes.
    Gebruik niet de laagste stand als het oppervlak van 
    het gazon ongelijkmatig is. Anders loopt u het ge-
    vaar dat de messen beschadigd raken door het op-
    pervlak en dat de toplaag van het gazon wordt 
    verwijderd.
    4.2 HellingshoekHet achterdeel van het maaidek kan worden opge-
    tild zodat het maaidek een grotere voorwaartse hel-
    lingshoek heeft dan bij de basisinstelling. Deze 
    hellingshoek beïnvloedt de maairesultaten als 
    volgt. 
    						
    							34
    NEDERLANDSNL
    4.2.1 Basisinstelling
    Als het maaidek in de basisinstelling staat, wordt 
    het gras het beste versnipperd en verstrooid. De ba-
    sisinstelling wordt aanbevolen voor normaal gras. 
    Zie 3.3.
    4.2.2 Grotere hellingshoek
    Als het maaidek iets voorovergekanteld is, wordt 
    het “Multiclip”-effect verminderd terwijl het ge-
    maaide gras beter wordt verstrooid.
    Voorover kantelen wordt aanbevolen voor dikker 
    gras.
    4.3 MaaiadviesVolg het onderstaande advies op voor een optimaal 
    maairesultaat:
    • maai regelmatig.
    • gebruik de motor op volle kracht.
    • het gras moet droog zijn.
    • zorg dat de messen scherp zijn.
    • houd de onderzijde van het maaidek schoon.
    4.4 Composteren/achteruitworp
    Het maaidek kan op twee manieren gras maaien:
    • Composteren van het gras in het gazon.
    • Uitwerpen van het gras achter het maaidek.
    Het maaidek is bij aflevering ingesteld op compos-
    teren. Om het gras achter het maaidek uit te wer-
    pen, moet de plug (afb. 12) worden verwijderd. 
    Zet het maaidek in de servicestand (zie 5.2/5.3) om 
    de plug te verwijderen/plaatsen.
    5 ONDERHOUD
    5.1 VoorbereidingService en onderhoud moet altijd worden uitge-
    voerd aan een stilstaande machine met een uitge-
    schakelde motor.
    Zorg dat de machine niet kan wegrol-
    len. Gebruik daarom altijd de parkeer-
    rem.
    Zet de motor af.
    Voorkom ongewenst starten door de 
    bougiekabel van de bougie te ontkoppe-
    len en de contactsleutel te verwijderen. 
    5.2 Reinigingsstand1. Schakel de parkeerrem in.
    2. Zet de gereedschapslift in de transportstand.
    3. Stel de maximale maaihoogte in.
    4. Ontkoppel het achterdeel van het maaidek aan 
    de rechter- en linkerzijde als volgt:
    A.  Til het linkerachterdeel van het maaidek op 
    om de belasting op de splitpen te vermin-
    deren.
    B. Verwijder pinnen en ring. Zie afb. 2.
    C. Verwijder de rechtersplitpen en ring op de-
    zelfde manier.
    5. Pak het voorste deel van het maaidek vast en til 
    het op. Bevestig de ketting zo dat het maaidek 
    diagonaal naar boven is gericht. Zie afb.13.
    Het is absoluut verboden om de motor 
    te starten wanneer het maaidek in de 
    reinigingsstand staat.
    Zet de 110/125 Combi Pro in de werkstand zoals 
    beschreven onder 3.1.1, punt 8.
    5.3 Servicestand1. Schakel de parkeerrem in.
    2. Zet de gereedschapslift in transportstand.
    3. Stel de hoogste maaistand in.
    4. Als het maaidek is uitgerust met een elektrische 
    hoogte-instelling, ontkoppel dan de kabel van 
    de machine. Zie afb. 7.
    5. Ontkoppel het achterdeel van het maaidek aan 
    de rechter- en linkerzijde als volgt:
    A.  Til het linkerachterdeel van het maaidek op 
    om de belasting op de splitpen te vermin-
    deren.
    B. Verwijder pinnen en ring. Zie afb. 2.
    C. Verwijder de rechtersplitpen en ring op de-
    zelfde manier.
    6. Verwijder de beschermkap van de riem. Zie afb. 
    8:E. Het getal in de afbeelding geeft de sleutel-
    maat aan. 
    7. Verwijder de riemgeleider (8:F).
    8. Maak de riem als volgt los.
    Park 4WD
    :
    Neem de hendel van riemspanner in uw linker-
    hand. Trek aan de hendel en haak de riem met 
    uw rechterhand los. Zie afb. 9.
    Park 2WD
    :
    Haak de spanner los van de riem. Zie afb. 10.
    9. Haal de riem van de poelie.
    10.Pak het voorste deel van het maaidek vast en til 
    het op. Til het voorste deel op tot het maaidak 
    volledig verticaal staat en het achterdeel op de 
    grond rust. Zie afb. 14.
    Zet de 110/125 Combi Pro in de werkstand zoals 
    beschreven onder 3.1. 
    						
    							35
    NEDERLANDSNL
    5.4 ReinigingReinig de onderkant van het maaidek na elk ge-
    bruik. 
    Zet het maaidek in de reinigingsstand. 
    Reinig de onderkant van het maaidek grondig. Ge-
    bruik water en een borstel.
    Herstel lakbeschadigingen wanneer de oppervlak-
    ken volledig droog een schoon zijn. Gebruik duur-
    zame gele verf die geschikt is voor gebruik 
    buitenshuis en op metaal.
    5.5 Wielen110/125 Combi Pro is uitgerust met twee zelfsme-
    rende verticale aandrijfassen (15:O).
    De smeergaten moeten na 50 werkuren worden ge-
    smeerd met universeel vet.
    5.6 Messen vervangen (16:P)
    Draag bij het verwisselen van messen 
    werkhandschoenen om te voorkomen 
    dat u zich snijdt.
    Controleer altijd of de messen scherp zijn. Dan 
    krijgt u het beste maairesultaat. 
    Controleer de messen altijd als deze ergens tegen 
    hebben gestoten. Als de messen zijn beschadigd, 
    moeten de beschadigde onderdelen worden ver-
    vangen.
    Gebruik altijd originele reserveonder-
    delen. Niet-originele reserveonderdelen 
    kunnen verwondingen veroorzaken, 
    ook al passen ze in de machine.
    Het mes uit één stuk wordt vervangen als de ran-
    den zijn afgesleten.
    Plaats het nieuwe mes met de geponste tekst naar 
    beneden gericht.
    Aanhaalmoment: 45 Nm.
    5.7 SlijtagebeschermingOnder het maaidek bevinden zich twee slijtagebe-
    schermers ter bescherming van het maaidek. Deze 
    kunnen worden vervangen.
    6 RESERVEONDERDELEN
    Originele STIGA-onderdelen en accessoires zijn 
    speciaal ontworpen voor STIGA-machines. Niet-
    originele onderdelen en accessoires zijn niet ge-
    controleerd of goedgekeurd door STIGA:
    Het gebruik van dergelijke onderdelen 
    kan de werking en veiligheid van de 
    machine aantasten. STIGA is niet ver-
    antwoordelijk voor schade of verwon-
    dingen die door dergelijke producten 
    zijn veroorzaakt.
    7 ONTWERPREGISTRATIE
    Dit product of onderdelen van dit product valt/val-
    len onder de volgende ontwerpregistratie:
    Zweden: 66 166
    Duitsland: 499 11 740.9
    Frankrijk: 577 251-253, 577 439-443
    VSA: 435 564
    GGP behoudt zich het recht voor zonder vooraf-
    gaande aankondiging wijzigingen in het product 
    aan te brengen. 
    						
    							www.stiga.com
    GGP Sweden AB · Box 1006 · SE-573 28 TRANÅS 
    						
    All Stiga manuals Comments (0)

    Related Manuals for Lawn Mower 8211 7001 70 Stiga PARK 110 COMBI PRO 125 COMBI PRO Dutch Version Manual