Home > Stiga > Lawn Mower > Lawn Mower 8211 3037 03 Stiga Villa 92M 107M Operators Manual Dutch Version

Lawn Mower 8211 3037 03 Stiga Villa 92M 107M Operators Manual Dutch Version

    Download as PDF Print this page Share this page

    Have a look at the manual Lawn Mower 8211 3037 03 Stiga Villa 92M 107M Operators Manual Dutch Version online for free. It’s possible to download the document as PDF or print. UserManuals.tech offer 5898 Stiga manuals and user’s guides for free. Share the user manual or guide on Facebook, Twitter or Google+.

    							STIGA VILLA
    92 M
    107 M
    8211-3037-03 
    						
    							2
    A
    B
    C
    A+5
    A
    B+5
    B
    1.
    3.
    5.
    7.2.
    4.
    6.
    8. 
    						
    							3
    RLL+R
    YZ
    X
    V
    W
    9.
    10.
    12. 11. 
    						
    							5
    NEDERLANDSNL
    SYMBOLEN
    Op de machine ziet u de volgende symbolen om u
    eraan te herinneren dat voorzichtigheid en
    oplettendheid bij gebruik geboden is.
    Betekenis van de symbolen:
    Waarschuwing!
    Lees vóór gebruik van de machine de
    gebruikershandleiding en de
    veiligheidsvoorschriften.
    Waarschuwing!
    Zorg dat uw handen of voeten niet onder
    de kap komen als de machine loopt.
    Waarschuwing!
    Kijk uit voor weggegooide voorwerpen.
    Houd omstanders op afstand.
    Waarschuwing!
    Vóór het verrichten van reparaties de
    bougiekabel loskoppelen van de bougie.
    INLEIDING
    107 M
    Het maaidek is standaard leverbaar in twee versies:
    - met mechanische instelling van maaihoogte
    (artikelnr. 13-2930).
    - met in de fabriek geïnstalleerde, elektrische
    instelling
    van de maaihoogte (artikelnr. 13-2934).
    MONTAGE
    ARMEN VAN EENHEID
    1. Monteer de linker- en rechterarm van de eenheid
    in de twee voorste hoeken van het maaidek.
    Gebruik de bestaande schroef en sluitring (afb. 1)
    Draai de schroef vast. De armen van de eenheid
    moeten nu omlaag en omhoog bewogen kunnen
    worden.
    2. Haak het achterste gedeelte van de armen nog
    niet vast in de eenheid (Zie Maaidek punt 7
    hieronder).
    MAAIDEK
    1. Plaats het maaidek vóór de machine. Stel demaximale maaihoogte in.
    2. Verwijder de borgpen en de buitenste sluitring
    van de wielas.
    3. Schuif één arm op de wielas. Breng de sluitring
    weer aan en zet deze vast met de borgpen. Doe
    hetzelfde aan de andere kant (afb. 2).
    4. Span de V-riem op de poelie (A) van de machine
    (afb. 3).
    5. Til de achterzijde van het maaidek omhoog tot
    voorbij de vergrendeling tot deze inhaakt. Als het
    gewicht van de eenheid op de bovenzijde van de
    vergrendeling rust, is de montage juist (afb. 4).
    6. Span de riem met spanner B. De spanner moet
    zich aan de binnenzijde van de riem bevinden en
    naar links uitsteken (gezien vanuit de positie van
    de bestuurder).
    7. Bevestig de liftveer aan de liftarm van de
    machine.
    (afb. 5).
    8. Steek de stekker in het stopcontact op de
    machine (geldt alleen voor artikelnr. 13-2934),
    (afb. 6).
    AFSTELLING
    Voor een mooi en gelijkmatig maairesultaat moet
    de machine juist worden afgesteld:
    1. Zorg voor een juiste bandenspanning:
    Voor: 0,4 bar (6 psi).
    Achter: 1,2 bar (17 psi).
    2. Zet de machine op een vlakke ondergrond.
    Verwijder de schroeven aan weerszijden van de
    machine (afb. 6).
    3. Aan de zijkant van de arm zijn vier korte en twee
    lange streepjes aangebracht. Het bovenste lange
    streepje (A) is de basisinstelling voor een machine
    met banden van 16. Het onderste streepje (B) is
    voor een machine met banden van 17 (afb. 7).
    Opmerking: Villa heeft banden van 16.
    Afhankelijk van de lengte van het gras, kan het
    maaidek op verschillende manieren worden
    ingesteld:
    4a. Gras van normale lengte maaien:
    Zorg dat de voor- en achterzijde van het maaidek
    even hoog zijn ingesteld. Dit geeft het beste
    Multiclip-effect, het gras wordt zo het beste
    versnipperd. 
    						
    							6
    NEDERLANDSNL
    4b. Lang gras maaien:
    Stel de eenheid zo in dat de achterzijde van het
    maaidek hoger ligt dan de voorzijde. In deze
    positie kan het gras de machine aan de achterzijde
    beter verlaten.
    5. Draai de schroeven na het instellen goed aan.
    GEBRUIK
    MAAIHOOGTE
    De maaihoogte kan variëren tussen verschillende
    vaste standen, van 30 tot 85 mm.
    Artikelnr. 13-2934:
    Demaaihoogteisvariabeltussen30en85mm.
    Opmerking: De gegeven maaihoogtes zijn van
    toepassing bij gebruik van de machine op een
    stevige ondergrond.
    MAAITIPS
    Gebruik deze tips voor een optimaal Multiclip-
    effect:
    - maai regelmatig.
    - gebruik de motor op volle kracht.
    - houd de onderzijde van het maaidek schoon.
    - zorg dat de messen scherp zijn.
    - maai niet als het gras nat is.
    - maai twee keer (met verschillende maaihoogte)
    als
    het gras lang is.
    SERVICE EN ONDERHOUD
    VOORBEREIDING
    Tenzij anders aangegeven moet alle service en
    onderhoud worden uitgevoerd als de machine stil
    staat en de motor niet draait.
    Zorg dat de machine niet kan
    wegrollen, gebruik daarom altijd de
    parkeerrem.
    Voorkom dat de motor onbedoeld start
    door altijd de motor uit te zetten, de
    bougiekabel los te koppelen van de
    bougie en deze te aarden. Maak de
    minkabel los van de accu.
    SMEREN
    De armen van de eenheid zijn voorzien vansmeergaten (afb. 8).
    Smeer deze iedere 25 draaiuren (of minstens één
    keer per seizoen) met universeel vet.
    ONDERHOUDSTIPS
    Om het het schoonmaken en onderhoud van de
    machine te vergemakkelijken kan het maaidek
    worden opgeklapt:
    1. Stel de maaihoogte in op de maximale hoogte.
    2. Til de achterzijde van het maaidek met één hand
    op (afb. 9).
    3. Druk de vergrendeling in en laat de achterzijde
    van de eenheid los (afb. 9).
    4. Herhaal de procedure aan de andere kant.
    5. Maak de arm vast in de haak.
    6. Haal de V-riem van de poelie.
    7. Klap de eenheid in verticale positie (afb. 10).
    Als de eenheid is neergeklapt in de werkpositie
    moet u ervoor zorgen dat de vergrendeling in de
    juiste positie valt als de achterzijde van de eenheid
    wordt opgetild (afb. 4).
    SCHOONMAKEN
    Na ieder gebruik moet de onderzijde van het
    maaidek worden schoongespoten.
    Gedroogd en vastgekoekt gras kan door
    losschrapen van de onderzijde worden verwijderd.
    Indien noodzakelijk kunt u de onderzijde bijlakken
    om roest te voorkomen.
    MESSEN
    Gebruik werkhandschoenen bij het
    verwisselen van de messen: deze zijn
    scherp!
    Zorg dat de messen altijd scherp zijn. Zo krijgt u
    het beste maairesultaat.
    Controleer de messen altijd als u ergens opgestoten
    bent. Als de messen zijn beschadigd, moeten de
    beschadigde onderdelen worden vervangen.
    Gebruik altijd originele onderdelen.
    Niet-originele onderdelen kunnen
    verwondingen veroorzaken, ook al
    passen deze in de machine.
    Monteer de messen zoals wordt aangegeven in afb. 
    						
    							7
    NEDERLANDSNL
    11 waar de mesrand wordt gemarkeerd. De
    omhooggebogen rand van het mes moet in de
    richting van de mesophanging worden
    gemonteerd.
    Het maaisysteem bestaat uit twee mesbladen met
    twee vervangbare messen Y (afb. 12). Bij het
    vervangen van de mesbladen vervangt u beide
    messen om onbalans te voorkomen.
    Monteer de nieuwe messen. Draai de schroeven V
    en W goed aan. Aanhaalmoment: V - 9,8 Nm, W -
    24 Nm.
    Bij een krachtige botsing kunnen de messen
    worden verbogen. Draai moer X los en duw het
    mes terug. Plaats een nieuwe originele schroef V.
    Draai moeren X en Z aan.
    AANDRIJFRIEM
    Beide messen worden binnen in de eenheid
    aangedreven door een aandrijfriem.
    Alséénvandemessenopeenhardvoorwerp(bijv.
    een steen) stoot, kan de riemspanning veranderen.
    Dit kan ertoe leiden dat de riem slipt, wat de
    messen op de lange termijn kan beschadigen.
    Na een krachtige botsing moet u
    daarom altijd controleren of beide
    messenindejuistehoektenopzichte
    van elkaar staan (afb. 11).
    De werkgebieden van de messen overlappen
    elkaar. Als de positie van de messen ten opzichte
    vanelkaarisveranderd,kunnendemessenelkaar
    misschien raken. Hierdoor kan er ernstige schade
    ontstaan aan het maaidek.
    Als dit het geval is, neemt u het maaidek mee naar
    een reparatieservice voor reparatie en inspectie.
    RESERVEONDERDELEN
    Originele STIGA-onderdelen en accessoires zijn
    speciaal ontworpen voor STIGA-machines. Niet-
    originele onderdelen en accessoires zijn niet
    gecontroleerd of goedgekeurd door STIGA.
    Het gebruik van dergelijke onderdelen
    kan de werking en veiligheid van de
    machine aantasten. STIGA is niet
    verantwoordelijk voor schade of
    verwondingen die zijn veroorzaakt
    door dergelijke producten.
    OCTROOI -
    ONTWERPREGISTRATIE
    Deze machine of onderdelen van deze machine
    valt/vallen onder de volgende octrooi- en
    ontwerpregistratie:
    9902299-8 (SE), SE/00/01222 (PCT)
    STIGA behoudt zich het recht voor zonder
    voorafgaande aankondiging wijzigingen in het product
    aan te brengen. 
    						
    All Stiga manuals Comments (0)

    Related Manuals for Lawn Mower 8211 3037 03 Stiga Villa 92M 107M Operators Manual Dutch Version